De droom op het oorlogsveld.
Het was aan Detaille, den grooten schilder van soldaten en militaire tafereelen, voorbehouden, in een meesterlijk doek heel de poëzie van het oorlogsveld met enkele aangrijpende trekken te vertolken. Daartoe schildert hij het ons niet in het volle gewoel van den veldslag, met woest steigerende paarden en vertrapte lijken; neen, hij laat ons een vreedzaam sluimerend bivouak zien, waar de krijgers, uitgeput van vermoeienis, in hun deken gewikkeld en met den ransel tot hoofdkussen, op den grond uitgestrekt liggen, om in een verkwikkenden slaap kracht te putten tot nieuwe heldendaden. Onder hun onmiddellijk bereik staan de sabels in den grond geplant. De geweren staan in rotten; op de twee voorste daarvan rust, in zijn foedraal gehuld, het roemrijke vaandel; links en rechts branden de wachtvuren, waarbij voor de veiligheid der rustenden gewaakt wordt. Gerust en wel kunnen de krijgers zich dus overgeven aan de schoone droomen van glorie en victorie, die hen zelfs wakend bedwelmen en welgemoed door stroomen bloeds doen plassen. Zie, boven hunne hoofden, in het nevelig luchtruim laat de schilder ons dien betooverenden droom als in een visioen aanschouwen. Met vliegende vaandels en uitgetogene sabels trekt de schare ter zege, in den geestdrift der overwinning alle gevaren vergetend, bloed noch leven ontziende, meegesleept door dezelfden onstuimigen aandrift en allen als opgaande in den éénen jubelenden kreet: Victorie!
Treffende gedachte van den kunstenaar: om den oorlog te poëtiseeren is de begoocheling noodig van een droom. In de werkelijkheid is hij hard, koud, meedoogenloos proza.
Bedenken we slechts wat er morgen reeds kan geworden zijn van die forsche krijgers in hun gezonden slaap slechts droomend van de zegepraal.
Misschien ziet de helft van hen het thans rijzende daglicht niet meer dalen.
Ziedaar overwegingen, waarbij de schoone droomen van wapenroem en zegepraal verdwijnen als de morgennevel, die wegtrekt van het slagveld, en voor het verbijsterd oog het jammerlijk schouwspel onthult van verminkte lijken en plassen menschenbloed.