De bliksemjacht en hare voordeelen.
1. Op jacht.
2. Toebereidselen.
3. Gevangen!
4. In verzekerde bewaring.
5. Met den buit huiswaarts.
6. Bergplaats van bliksems.
7. Verzoekschrift om een bliksem tot regen.
8. Aanstonds tot hulp bereid.
9. Opgepast! daar komt hij.
10. Hoera! het regent al.
11. Dankbaarheid der landlieden.
12. Heer Donnerwetter, de bliksemkoopman op de beurs.