Wetenswaardigheden.
Het nut van het gebruik van plantaardig voedsel.
't Is waar, dat het vleesch, wegens de lage veeprijzen, tegenwoordig voor velen geen artikel meer is, dat ze, gelijk vroeger, slechts bij naam kennen. Toch zijn er altijd bij honderden menschen voor wie dit inderdaad zoo is, maar of zij er ook werkelijk zooveel slechter aan toe zijn dan genen, valt zeer te betwijfelen als men het volgende onder de oogen krijgt:
De directeur van het vegetariaansch gesticht bij St. Gallen in Zwitserland heeft omtrent de vraag: of vleeschvoedsel onontbeerlijk is voor een gezond en krachtvol leven, eene belangrijke mededeeling gedaan.
‘Vóór de Spanjaarden de Ladronen- of Dieven-eilanden in den Stillen Oceaan hadden ontdekt - zegt de geleerde man - hielden de bewoners zich voor het eenige volk der aarde. Behalve vogels, waren er geene dieren op deze eilanden, en ook deze aten de bewoners niet. Zij hadden nooit vuur gezien en derhalve nimmer iets gekookt. Hunne voeding was dus heel plantaardig: vruchten en wortels. Zij waren flink gebouwd, krachtig en werkzaam en konden met gemak een last van 500 pond dragen. Ziekte was nauwelijks onder hen bekend, en de meesten hunner bereikten een hoogen ouderdom; het was volstrekt geene zeldzaamheid onder hen menschen aan te treffen, die honderd jaar waren geworden, zonder ooit ziek te zijn geweest.’
Ook is het een feit, dat te Londen twaalf restaurants bestaan, welke aan de Vegetarian Society toebehooren, en waarin hoegenaamd geene vleeschspijzen verkrijgbaar zijn. Bovendien is het genoegzaam bekend, welken hoogen ouderdom vaak de kloosterlingen bereiken, die, zooals de Trappisten en de Kartuizers, nimmer vleesch gebruiken. 't Is dan ook lang geene zeldzaamheid onder hen personen te vinden, die negentig en nog meer jaren oud worden.
Men ziet dus dat men er niets te minder om zal wezen als men een aanhanger van het vegetarianisme wordt, waartoe trouwens voor een ieder de weg openstaat.