Delft.
Er zijn weinige steden in Holland, die van binnen en van buiten zoo schilderachtig zijn als Delft. Ja, ook van buiten, dat wil zeggen van uit den omtrek, van uit de welige landerijen met grazend vee, die de stad overal omringen. Want Delft is eene stad met vele statige torens, die zelfs op grooten afstand reeds een bevallig silhouët tegen de bleeke lucht van den gezichteinder afteekenen.
Voor den niet oppervlakkigen bezoeker beantwoordt het innerlijke dezer verschijning geheel aan dit uiterlijk.
Het is een genoegen, door de met boomen beplante straten dezer stad te wandelen, die, bijna overal met grachten doorsneden, een karakter van gezelligheid bezit, waaraan alleen een eenigszins drukker verkeer ontbreekt.
In het midden der stad strekt zich een grootsch marktplein uit, waarop het fraaie stadhuis, - afgebeeld op onze plaat in No. VI - geheel vrijstaat. Daartegenover, aan de andere zijde der markt, verheft zich de toren der nieuwe kerk, - een der hoogste van ons land en afgebeeld op onze plaat in No. V - terwijl het standbeeld van Huig de Groot sinds 1886 het middelpunt inneemt tusschen deze twee schoone bouwwerken. Toch zijn de smalle grachten, die Delft overal doorsnijden, en onder andere van het marktplein met zijne twee grootsche gebouwen een soort van eiland maken, in zonderlinge tegenstrijdigheid met dezen grootschen aanleg.
Die grachten zijn een kenmerk van Delft.
De stad dankt daaraan voor een goed deel haar schilderachtig voorkomen en ook haar naam; want Delft komt van delven. Haar wapenschild vertoont insgelijks eene gracht.
De geschiedenis van Delft is in haren aanleg en hare gebouwen neergeschreven.
Van het Noorden naar het Zuiden wordt de stad doorsneden door eene lange gracht, genaamd: Het Oude Delft.
Aan deze gracht liggen merkwaardige gebouwen. Buiten het schoone gemeentelandshuis met zijne gekleurde wapenschilden, op onze plaat afgebeeld in No. VII, - de gebouwen der Polytechnische school, - de rijksmagazijnen, enz. is daar ook de Oude Kerk met een scheeven toren. Aan de andere zijde der gracht, tegenover de Oude Kerk, bevindt zich het oude Prinsenhof, vroeger klooster van St. Aagten, waar prins Willem I zijn hof hield en waar hij op den bekenden trap vermoord werd. Tusschen deze twee gebouwen wordt de gracht op eens zoo smal, dat ze niets meer is dan een doorgang. Het is daar, dat waarschijnlijk vroeger een kasteel heeft gestaan, waar tol werd geheven van schippers en kooplieden en dat aanleiding heeft gegeven tot de wording der stad.
Overigens is de geschiedenis van Delft die van de meeste andere steden.
Elke eeuw gaat voort met het hare te voegen aan het reeds bestaande en hij die dit ontcijferen kan, kent ook de geschiedenis eener stad.
Uit de middeleeuwen dagteekent de schilderachtige en eenig overgebleven stadspoort, in het midden onzer plaat afgebeeld. Het is de Oostpoort, vroeger genaamd: St.-Jorispoort. Van de bijbehoorende verdedigingswerken is echter niets overgebleven. Als een eenzame getuige van vroeger tijden staat zij aan het singelwater, dat eertijds de wallen bespoelde en nu de zoom is der wandelwegen. De voormalige kerk der H. Ursula, is nu het meest bekend als Nederlands St. Denis, - de grafkelder van het Oranje-vorstenhuis.
Op den koninklijken grafkelder staat het praalgraf van prins Willem I, dat wel niet in vergelijking komt met dat van Engelbert van Nassau te Breda, maar dat toch een der fraaiste is van het land. In dezelfde kerk is het praalgraf van Huig de Groot. Ook de oude kerk telt schoone praalgraven, voornamelijk die van Tromp, Piet Hein en Leeuwenhoek. 't Is natuurlijk uit de zeventiende eeuw, - de eeuw van Nederlands hoogsten bloei, dat die graven dagteekenen.
De achttiende eeuw schijnt voor Delft de eeuw van welstand te zijn geweest. Althans de gevels der deftige heerenhuizen langs Oude Delft, Koornmarkt, enz., zijn uit dien tijd.
In de nummers I, II en III op onze plaat is de negentiende eeuw aan het woord en wel met twee nieuwe katholieke kerken, en de nieuwe statie. De parochiekerk van den H. Joseph, - No. III - een ontwerp van den bouwmeester Margry, is zoo goed als voltooid; doch die van den H. Hypolitus - No. II - een ontwerp van den vermaarden bouwmeester Cuypers is dit nog niet. De spits, welke op onze plaat als voltooid is geteekend, ontbreekt nog geheel, waardoor de kerk minder fraai schijnt dan ze in werkelijkheid is.
Delft is wel niet eene der belangrijkste, doch zeker eene der merkwaardigste steden van Nederland, en wel waard, ook door den buitenlander, bezocht en bezichtigd te worden.