iets anders, namelijk de van ouds békende schroef van Archimedes, die men reeds vroeger had voorgeslagen als voortstuwingsmiddel bij windstilte. In het jaar 1825 voer de eerste schroefboot op de Theems, en dat nog veel sneller dan grootere raderstoombooten; doch reeds in 1836 werd er een grooter schip ‘de Archimedes’ gebouwd van 80 paardekrachten. Van toen at vorderde men spoedig; in 1842 werd de eerste Fransche schroefstoomboot ‘de Napoleon’ van 130 paardekrachten gebouwd, en reeds in 1845 waagde men het een der grootste stoomschepen, de straks genoemde Great-Britain, van 1200 paardekrachten door eene schroef te laten voortstuwen.
Nadat gebleken was dat de schroef bij de stoomschepen goede diensten doet, kon het niet missen dat zij bij de oorlogsschepen zeer spoedig werd ingevoerd, die zoodoende, wijl het bewegingstoestel diep onder water kwam te liggen, veel minder kwetsbaar werden, terwijl bovendien het voordeel werd gewonnen, dat men op de geschiktste plaatsen, die vroeger door de raderkasten waren ingenomen, kanonnen kon plaatsen.
Wij moeten thans nog over de schroef zelve en de wijze waarop zij werkt het een en ander opmerken. Aan eenen schroefboot kan men op het uiterlijk alleen door den schoorsteen onderkennen, dat hij een stoomschip is; het bewegingswerktuig ligt onder den spiegel in het water. De as van de machine ligt hier niet dwars, maar in de lengte van het schip en gaat waterdicht door den achtersten wand. Aan het daarbuiten uitstekende gedeelte zijn op de as de deelen bevestigd, die bij de snelle omdraaiing der as met een hellend vlak tegen het water drukken en zoodoende den voortgang van het schip bewerken. Aan deze deelen der schroef heeft men sedert haar eerste gebruik veel veranderd en verbeterd, en men heeft daaraan vele vormen gegeven, die de schroef niet meer zouden doen herkennen, maar eer aan de windvleugels van een molentje doen denken. Altijd berust echter hare werking op de schroef, of, wat hetzelfde is, op die van het hellend vlak. Draait men eene schroef in het hout, zoo gaat zij voort; even zoo zal zij in het water voortgaan, dat hier de moer der schroef vormt. In het water zal echter bij elke omwenteling de voortbeweging niet zooveel bedragen als de afstand der schroefdraden, dat is de gang van de schroef, want het water geeft mede en wijkt door de drukking van de schroef naar achteren en ter zijde uit. Eenige beweging verkrijgt men echter altijd, en als men de as snel laat ronddraaien, worden die kleine uitwerkingen tot eene aanzienlijke beweging samengevoegd. De schroeven der schepen maken daarom 200, 250 en soms nog meer omwentelingen in de minuut.
Zoo voert ons dan de stoomkracht met krachtigen arm door de onafzienbare waterwoestijn der wereldzee, door storm en tegenwind en niet minder gevaarlijke windstilte, en steeds gemakkelijker wordt de onderlinge gemeenschap van de meest verschillende volken der aarde. De zeeën, die hen vaneen scheiden, schenen den menschen in de kindsheid der scheepvaart met recht als schrikbarende woestijnen en later nog als gevaarlijke wegen. Maar het gevaar werd telkens kleiner; niet dat men de wegen kon verbeteren, maar men leerde betere schepen bouwen en hunne gebreken beter overwinnen. De golven van de zee hebben slechts eene bepaalde kracht; terwijl zij den broozen visschersboot heen en weer slingeren gelijk de wind de bladeren voortdrijft, breken zij onmachtig tegen den drijvenden berg van ijzer, dien men haar te dragen geeft. Dit is het beginsel, dat men bij den Great Eastern op zulk eene verbazende schaal wilde toepassen. Zoo streeft de menschelijke geest rusteloos naar uitbreiding zijner heerschappij over de elementen, en heeft hij nimmer den prikkel tot nieuwe inspanning en werkzaamheid verloren.