Gezicht op Finstermünz.
Dit tafereel is eene getrouwe afbeelding van den bekenden Alpenpas, waar de rivier de Inn Grauwbunderland verlaat om den Tyroolschen grond te bewateren.
De toren, midden in den stroom, is een belangrijk verdedigingspunt van den bergpas en de brug was meermalen het tooneel van eenen bloedigen strijd. Reeds in 1079, zoo lezen wij in de geschiedenis der middeleeuwen, veroverde hertog Welf van Beieren de sterkte Finstermünz, en van dan af tot in 1799, toen de Oostenrijkers aan de Franschen den overtocht der brug betwisten wilden, viel menig offer van den oorlog aan den boord of in de golven van den schuimenden bergstroom.
Tusschen deze twee geschiedkundige gebeurtenissen zijn zeven eeuwen voorbijgevloden. Rijken, vorsten en geslachten ontstonden en vergingen, en de bergpas Finstermünz, een van Gods heerlijke natuurwerken, staat nog immer daar, als om te getuigen hoe nietig en vluchtig het pogen en de bedrijven der menschen zijn naast de reuzenscheppingen der natuur. Nog immer als voor duizenden jaren, stijgen de ontzaglijke rotsblokken van Finstermünz tot in de wolken en weerkaatsen het klateren en klotsen van den stroom, die sinds eeuwen zijnen weg vindt langs de ijzingwekkende afgronden van het gebergte.
Het grootsche van dit schoone natuurtafereel is door den schilder Richard Püttner gelukkig versterkt door het drietal personen, waarmede hij het gestoffeerd heeft. Immers het is geen gewoon menschengroepje, dat zoo stil en plechtig het hellende voetpad langs den bruisenden bergstroom volgt. Het is veeleer de Schepper zelve, die te midden van Zijn indrukwekkend werk omgedragen wordt om er onfeilbaar onze aandacht en bewondering op te vestigen. De nederige optocht der berechting naar het kleine dorp, wiens besneeuwde daken evenals de machtige bergrug, waartegen het aangeleund is, door de avondzon met rozengloed overtogen worden, maakt te midden dezer wild romantische natuur een treffenden en majestatischen indruk.