De nieuwe Amsteldamsche schouwburg
(ca. 1775)–Anoniem De nieuwe Amsteldamsche schouwburg– Auteursrechtvrij
[pagina 29]
| |
[pagina 30]
| |
‘K heys terstondt te zijn voldaan, bis.
’t Geen der boomen,
Waterstroomen.
’K sie dat niemant ons verspiet, bis.
Wilt dog haastig herwaarts komen.
’K diet weerhout mijn voetjes niet,
Laat ’k de tippies,
Van u Lippen.
Sagjes drukken dog wanneer.
Rosemondt dat syn klippies,
Daar ik Schipbreuk heb gelee.
Voet mijn Lussie,
By u ’t ruste.
Og mijn lieve Rosemond,
Om mijn minnebrand te blussen,
Gy maakt mijn jong hert gesont.
Vrolyk meyssie,
Poezel vleysie,
’K bid u hoort mijn reden aan,
Laate wy zamen voor een reysie,
Met ons tweetjes wandelen gaan.
Vroolyk meysje
Ieugdig vleysie.
Hoort myn smeeken en gebeen
Laat mijn dog maar een reysje
Ey waarom vlugt gy nu heen
Keurig roosje,
Wat een bloosje.
Daalt ’er op u aangezigt neer,
Gun myn dat ik maar een poosje,
My mag buygen voor u neer.
|
|