De nieuwe Oost-Indische rooze-boom: zynde voorzien met de allernieuwste liederen, die heedendaags gezongen worden
(ca. 1785)–Anoniem Nieuwe Oost-Indische rooseboom, De– AuteursrechtvrijStem: Van de Beedelares.Vrienden wilt dit Lied aanhooren,
Wat ik u hier stel te vooren,
Van een Man zeer pertinent,
In de Koog zeer wel bekent;
Deeze Man wilt hier op letten,
Ging zyn Vrouw in 't Ootje zetten,
Wie dat maar Geld bieden wou,
Hy Verkoopen wou zyn Vrouw.
Daar kwam laatst een Boer met Potten,
Dagt dat zyn hier groote Zotten,
Verkoopt men hier de Vrouwen jent,
Wat of scheelt die malle Vent;
Deeze Boer kreeg straks behaagen,
En heeft aan de Man gaan vraagen,
Wat hy voor zyn Vrouwtje koen,
Hebben moest met goed fatzoen.
De Boer die zei gy moet niet yzen,
Want dan kryg ik wis de gryzen,
Want gy weet de Vrouwtjes puur,
Zyn zomtyds voor niet te duur:
| |
[pagina 35]
| |
Neen sprak hy ik zal wel handelen,
Gaat een weinig met myn Wandelen
En hy sprak met volle Mond,
Zy moet kosten net vyf Pond.
Deeze Boer sprak met behaagen,
Ik zal dat voor eens gaan waagen,
En hy sprak terstond certyn,
Want u Huisvrouw die is myn,
Wilt ze myn terstond maar haalen,
Ik zal u ook voort Betaalen
En brengt ze maar aan de Schuit,
Dat ik met haar ruilebuit.
Oorlof Koogze Mans en Vrouwen,
Wilt dit Lied dog wel onthouwen,
Verkoopt niet u Vrouw terstond
Gelyk als deeze malle Hond,
Want dan zou men u beklaagen,
Als dan voor u op kwam daagen,
Dat gy met een Bok plaizant,
Moest gaan loopen agter Land.
|
|