De nieuwe Oost-Indische rooze-boom: zynde voorzien met de allernieuwste liederen, die heedendaags gezongen worden
(ca. 1785)–Anoniem Nieuwe Oost-Indische rooseboom, De– AuteursrechtvrijStem: Van de Verrotte Schelvis.Wat hoord men in ons Land,
Een Mond-Gevegt uit de Courant,
| |
[pagina 16]
| |
Het meest is wat men praat,
Hoe 't met den Oorlog gaat,
Het schynt al een Geleerden Man,
Die maar de Krant grif Leezen kan
En als men 't wel verzint,
Is 't meestendeel maar wind.
Die veel uit Kranten praat,
Het meest met Leugens omme gaat
En meenig begrypt het niet,
Het geen de Krant bediet;
Een lompert die veel discoureert,
Verstaat de Krant zomtyds verkeert,
Nog wil hy in de schyn,
De wyste mee al zyn.
'k Zag 'er laatst twee loopen rad,
Gelyk als Gekken door de Stad,
Zy zogten een Na-Courant,
Om Tyding uit Duitsland,
Wie dat daar de Slag gewonnen had,
Al voor Breslauw de schoone Stad,
De Krant gaf tot hun spyt,
Geen regt bescheid.
Die vast aan de Krant gelooft,
Is zeeker van 't Verstand berooft,
Hy volgt de Zanger naar
En meld Leugens en Waar,
Maar die wil weeten regt bescheid,
Vervoegt hem zelfs na den Stryd
En helpt wie hy is gezind,
Als een trouwe Vrind.
Hier Vegt men met den Mond,
Als Mavors Knegten in het rond,
Maar daar 't gaat pief, pof paf,
Blyft men van af,
Al weer wat Nieuws in de Courant,
Daar is een Engelsche Vloot Geland,
| |
[pagina 17]
| |
Leest de Londenze Brieven maar,
't Is kool of waar.
Leest de Brieven uit Parys,
Daar wind Vrankryk ter Zee een Prys;
't Verlies dat schrabt men uit,
Men schryft daar al van Buit,
Den eenen houd het voor parool,
Den ander zegt 't is Fransche kool;
Dan gaat het Krant Gevegt weer aan,
Van Leeuw en Haan.
Leest de Brabantsze Courant,
Daar is Dictorie in het Land,
Van de Ongaarsche Koningin
Haar overgroot gewin;
Daar is de Pruis geheel te niet;
Als men Berlynze Brieven ziet,
Dan is hy weer te Veld,
Dien dapperen Held.
En leest men de Brieven naar,
Al van den Rus of Czaar,
Daar vind men de Schelmery
En Roof van alle zey;
Daar komt den Turk op de been,
Den Pruis trekt door Moravie heen,
Om Zweeden te houden staan,
Hoe zal dat gaan.
Wat driemaal de Courant vermeld,
Dat word voor vast verteld,
Al is het by geval,
Dat 't nog geschieden zal,
Daar over maakt men hier krakeel,
't Is waar of niet, 'k zie 't meestendeel
Voor groote Gekken aan,
Die niet aan gaan.
Het meeste Courant Gevegt,
Geschied daar met het eerste zegt,
| |
[pagina 18]
| |
't Za Hospes of Waardin,
Kom schenk eens een Glaasje in;
God Bachus is de Generaal,
Van deeze Helden altemaal,
Die voerd haar aan den Stryd,
In korten Tyd.
Den eenen die is voor den Frans,
Een ander op de Pruis zyn Hand;
Het heft is dat 'er word
Geen Bloed gestort;
Zy gebruiken ook geen Schiet-Geweer,
Maar gaan malkaar met 't Glas te keer,
Sla Dood maakt geweld,
Roept Bachus Held.
'k Kwam laatst by een Gelag,
Alwaar ik hoorden en bezag,
Hoe men met Glas-Geweer
Elkander ging te keer;
De Kogels waaren van Schiedam,
Den Waard men voor Konstapel nam,
Die Vuurden in het rond,
By Bachus Front.
Zy vogten uit de Krant zo lank,
Tot dat een rolde van de Bank,
Zyn Neus aan een Glas gekwetst,
Doen dogt ik op het lest,
Hier van zo diend een Lied gemaakt,
Dat al de Courant wind-vegters raakt,
Op dat zy geen Vorsten meer
Schenden haar Eer.
|
|