hemzelf, hij ziet voortdurend zijn publiek. Hij verliest het geen ogenblik uit het oog, zelfs niet als hij brieven schrijft in de nacht.
Dat doet de vraag opkomen of hij eigenlijk wel zo ver durft (en wil) gaan? Hij legt zich merkbare beperkingen op. Hij neemt een zekere ‘norm’, een soort eigenheimer ‘decentie’ in acht die men uit Huize Algra niet zou verwachten. Hij berekent namelijk zeer wel hoe hij, uitgekiend, zijn markt juist niet bederft. Hij heeft zowel het publiek dat voor hem is, de claque die zijn durf toejuicht, nodig, maar zeker ook niet minder het publiek dat hij tart en sart. Hij riskeert géén débâcle van de best-seller. Hij wankelt allang tussen eerlijkheid en oplichting, hij weifelt niet eens meer, al lopen de twee nog wel dooreen, wat het hemzelf en voor- en tegenstanders weer iets moeilijker maakt er doorheen te zien.
Hij wacht zich wel, te beschrijven wat hij zo gedurfd aanduidt. Hij zinspeelt op taferelen die hij overigens wijselijk achterhoudt. Het is meer een spel van uitdagen dan van werkelijk durven. Hij is, als het er werkelijk op aankomt, meer bedreven dan gedreven (geworden, op den duur). Dat ‘ver gaan’ is maar half werk, en die ‘eerlijkheid’ maar half echt.
Van het Reve waagt zich niet verder dan zijn succes. De al-durver gaat niet ver genoeg, niet zover als een werkelijk roekeloze die zich in onvoorwaardelijke eerlijkheid te pletter loopt op conventie en hypocrisie. Hij huichelt zijn durf of hij houdt zichzelf met zijn zorgvuldig gedoseerde en uitgebalanceerde durf voor de gek. In het beste geval licht hij zichzelf en zijn publiek op. Hij heeft de succesvolle schrijver en de exhibitionist in zichzelf te lief om zich werkelijk op het spel te zetten. Hij gaat velen te ver, maar hij wacht zich ervoor, voor zichzelf te ver te gaan. Laat hem dit overdag eens gezegd zijn, ter overpeinzing bij nacht. Maar laat hij dan, in die nacht vol vallende sterren, eindelijk in bliksemschrik die Opperste Eerlijkheid vinden, buiten alle publiek om, van een waarachtige zelf-confrontatie. Dan zal hij niet langer interessant doen, maar waarschijnlijk interessant zijn.
Voor wie het beter weet, sans rancune en Sans souci
(N.A.D.)