Kort bestek
De waarheid gevonnist
Eindelijk heeft de Hoge Raad te Den Haag in hoogste instantie arrest gesproken in de eindeloos slepend gehouden procedure over het derde deel van Bob en Daphne.
In laatste instantie is de uitgever veroordeeld tot een boete van f 25 voor het uitgeven van pornografie. Verder beroep is niet mogelijk, en de procureur generaal G.E. Langemeijer heeft reeds aangekondigd, dat dit het begin kan zijn van een hele reeks pornografieprocessen.
De eerste delen van Bob en Daphne behoren niet tot de grote Nederlandse letterkunde. Ze zijn vaak sentimenteel, langdradig, veel te opzettelijk met een voorlichtend doel geconstrueerd, en daardoor helaas, veel te weinig zinneprikkelend.
Dat wil niet zeggen, dat er geen zeer mooie, en allesbehalve pornografische passages in voorkomen.
Toch is het Han B. Aalberse pas in zijn derde deel: Liesbeth en de wereld van Bob en Daphne, gelukt, in Liesbeth en haar broertje werkelijk levende figuren van grote tederheid te scheppen.
Hoe in een prachtig getekend milieu aan de zelfkant onzer maatschappij, dit zusje er in slaagt een tovercirkel van liefde om haar grote ‘Konijn’ te bouwen, waardoor hij van het bedwateren wordt genezen, is voor mij een der ontroerendste passages geweest in de Nederlandse literatuur der laatste jaren.
Wij kenden tot nog toe onze Jaapjes en Keesjes en Merijntjes en Bartjes, onze Droomkoninkjes en hun Zusjes, onze Dik Troms en Hein Stavasts en de heldinnen onzer lieve meisjesboeken, die allen merkwaardig genoeg het gemis van geslachtsdelen gemeen hadden.
Daar is toen plotseling deze baldadige kwaaie meid tussen gekomen, die de jongens prikkelt en opwindt en spelletjes met hun speelt, waarover tot nogtoe geen onvertogen woord gedrukt was.
Terecht is zij buiten de deur gezet en veroordeeld.
Want Nederland wenst verder te leven in de illusie van de lieve, reine kindertjes, die wel verleid worden, maar zelf