vallen ze op hun plaats naast de muur. De man sloft de kamer door naar zijn radio bij het raam. Rita Ramoure neemt het vertrek (het halve huis) in met een barbaarse ongegeneerdheid. Ze zingt over de liefde, dat is over eigendom en diefstal, over behoud en verlies. Zo dadelijk zal de man vlak boven Frank zijn hoofd aan tafel gaan zitten om er krant en avondeten te gebruiken. Tussenin draaft hij tussen zijn tafel en de gaskachel heen en weer. Soms staat hij een halve, een hele boterham lang ergens onbepaald in de kamer. Hij laat ook voortdurend zijn radio luider en stiller spelen alsof een dubbel-ik hem doorlopend voor de keuze stelt.
Geluid heeft geen eigenaar, mijmert Frank. Het is water. Het is kwik. Het werd niet gemaakt voor mannenhanden, voor eigenaarshanden. Het zijn een soort dwalende virussen die onderdak zoeken in weerloze hersenen. Daarom misschien menen wij dat het contact mogelijk maakt. In een snijpunt van geluiden ontmoeten twee mensen elkaar in de toevalligheid van straten en kamers. In een toevallig prisma van geluid, in een stilte.
Zo heb ik haar ontmoet, peinst hij. In een snijpunt. Het gemeenschappelijk leven is niets anders geweest dan een samenhouden van de draden, een dooreenstrengelen ervan, een wirwar van knooppunten en dubbellijnen, meestal samengehecht door de lintjes en de nietjes van de maatschappij. - Een zuster te hebben, een geliefde wier levenslijn vanuit hetzelfde punt vertrokken is als de mijne. Een natuurlijke, een organische geliefde. Alleen in zulke verhouding kun je je geborgen voelen.
‘Buiten het huwelijk is het gevaar en de schande’. - Hij ziet ze door zijn hoge slotpoort schrijden, de brave middelmatigen, naar het kruis van hun kwellingen en van hun sleur. Als zij er doorheen zijn gegaan, sluit de poort voor altijd op de wereld. - Maar wij hebben geen kwetsbare schaamstreek dan ergens in onze hersenen, ergens tussen begeerte en trots.
In de club was het laat geworden en lawaaierig. Cara had een paar glazen teveel op. Ze was verhit als kristal dat gaat springen. Iedereen had haar reeds over de dansvloer gesleept. Vooral echter Jimmy. Jimmy de gitaar, Jimmy de prijs van de dansschool, Jimmy de judo-kampioen. Hij