moet je haast noodzakelijk een fanaticus zijn. Je moet toch iéts hebben van Luther, van Multatuli, of van Stalin toen hij de verdedigers van Moskou beval: ‘Sterf, maar trek niet terug’. Een nonconformist die niets wil bereiken, die nergens naar tóé wil, is dan ook nagenoeg een contradictio in terminis. Het begin van elk nonconformisme dat iets om het lijf heeft is een ideaal. Zoals rechtlijnigheid het is van een doeltreffende verwezenlijking.
Nee, dan dominee Wawelaar. Die schrijft tegenwoordig lichtvoetig proza. Dat is een manier van zeveren die is aangepast aan de gelovigen in de god van de intellectuele of artistieke halfnozem van vandaag. De gelovigen in de gewone, aangrijpende noch ingrijpende, indrukjes en pleziertjes van alle dag.
Hij tracht je te suggereren, dat het belangrijke waarom het in het leven gaat, is wat je ziet op een terrasje, wat je voelt bij een bezoek aan je boekhandelaar of wat je denkt bij een vluchtige ontmoeting. Het Incidentele, het Nu, het Persoonlijke. Hij savoureert het alledaagse zoals de burgerman zijn after-dinner. Babbelend en kabbelend volgen de zinnetjes elkaar op, een aardig opmerkingetje hier, een vleugje humor daar.
Maar de Wawelaars, die in de huidige maatschappij de functie vervullen ons in slaap te sussen, hebben tenminste niet de pretentie, (onafhankelijk) te denken.
Wie bij ons wèl voor nonconformist doorgaan, dat zijn de bohemien-literaten. Nonchalance en afwezigheid van systeem, in denken en doen, in streven en beleven, kenmerken hun helden. Alleen een zekere gecompliceerdheid onderscheidt ze dan ook van de portieknozem. Ze leven er zo maar wat op los, van de ene dag in de andere. Als je overál lak aan hebt, dan kom je toevallig ook wel eens in strijd met de codes van de maatschappij. Vandaar de reputatie van nonconformisme van wie ze uitdachten.
Vrije liefde als systeem is taboe, maar deze helden zijn populair, al stappen ze van het ene bed in het andere, en de verhaaltjes krijgen alle aandacht in de recensiekolommen. Het doet er toch eigenlijk allemaal geen donder toe, vinden de schrijvers ervan in hun