De Nieuwe Stem. Jaargang 16(1961)– [tijdschrift] Nieuwe Stem, De– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende Antonio Machado In Granada gebeurde deze misdaad (De Misdaad) Men zag hem gaan, tussen geweren schrijdend de lege straat door naar het kale veld waar nog de sterren van de morgen blonken. Zij hebben Federico gedood eer het licht van de morgen daagde. Het peloton van de beulen Dorst hem niet in 't gelaat zien. Allen sloten de ogen Zij baden - geen God zal je redden! Dood viel Federico ter aarde, lood in zijn ingewanden, bloed op zijn hoge voorhoofd. In Granada gebeurde deze misdaad, in Granada, hoort gij het? - dat hij liefhad. (De dichter en de dood) Men zag hem gaan, schrijdende naast de maaister en zonder 't blinken van haar zeis te vrezen. [pagina 470] [p. 470] Reeds blonk de zon op alle torens en de hamers in alle smidsen hamerden het ijzer toen daar Federico tot de luisteraarster woorden van liefde in zijn zoete taal sprak: - omdat nog gisteren in mijn lied, gezellin, de doffe slag klonk van Uw dorre handen, omdat gij aan mijn zang Uw koele hartstocht, uw zilveren sikkelscherpte schonkt aan mijn tragedie, wil 'k heden vlees om Uw geraamte dichten en ogen, die Uw aangezicht ontbreken en haren, die de wilde wind verstrooid heeft en rode lippen waar men U kan kussen en samen, mijn zigeunerin, willen wij dwalen. O, zoete dood! Hoe lief is Uw gezelschap hier in de zoete lucht van Granada - mijn Granada. Men zag hen schrijden... Laat ons bouwen, vrienden, van steen en dromen een dichtergraf daarginds in het Alhambra bij een fontein van altijd wenend water dat eeuwig murmelt: In Granada gebeurde deze misdaad, in Granada, het zijne... dat hem liefhad. Vorige Volgende