Onzichtbare vloeistof II
Wat in de pers minder tot uiting komt, is dat de overijverige postambtenaar in Hollandia de kunst van de onzichtbare vloeistof in Holland heeft geleerd. Bij de Binnenlandse Veiligheidsdienst. Sinds enkele maanden verschijnen, hier en daar, maar niet in de ‘grote pers’, publicaties over de ondergrondse methoden van dit apparaat. De Ministers hebben de feiten glad toegegeven, en sinds een lezing van Prof. Langemeyer weten wij, dat van practisch elke Nederlander een geheim dossier bestaat, met gegevens, verzameld door spionnage en soortgelijke practijken. Bij benoemingen in Overheidsdienst en bij particuliere bedrijven spelen deze dossiers een gewichtige rol.
Hierover heeft nog geen confessionele volksvertegenwoordiger vragen gesteld. Het Algemeen Handelsblad achtte de feiten geen redactionele beschouwing waard.
Waarom dan die plotselinge belangstelling voor de rechtsstaat Nieuw-Guinea? Een koloniaal gebied waar men nooit zelfs de fictie van een democratisch bestuur heeft volgehouden?
Omdat de postcensuur in Hollandia, volgens de geruchten, ook geestverwanten van de confessionele volksvertegenwoordigers en van het Algemeen Handelsblad heeft getroffen! De B.V.D. in Holland schijnt zich voorlopig vooral tegen die nare linksen te richten.
Maar de rechtsstaat onderstelt ook een ‘gelijke mon-