De Nieuwe Stem. Jaargang 12
(1957)– [tijdschrift] Nieuwe Stem, De– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 152]
| |
Acht rubaiyat van Omar Khayyam
| |
[pagina 153]
| |
6
Er zijn er die in liefde, die in faam
of goud zichzelve zoeken - slechts een naam
is 't en een geute wijns die wij bezitten,
niets meer en desondanks gelukkig saam.
7
De jeugd, een tovervogel vloog voorbij -
hij zong zijn lied - was het voor u, voor mij?
De roos bezong hij en ook van de liefde.
Dat 's meer dan al wat u of ik ooit zei.
8
Hebt gij gedoemd die honend nederzag
op ons de droombezoopnen, zat van dag
tot dag, ons kleed bevlekt, de naam geschonden,
zodat ons hart geen korrel tellen mag?
|
|