De Nieuwe Stem. Jaargang 12(1957)– [tijdschrift] Nieuwe Stem, De– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 96] [p. 96] Bernard van Delfshaven De armen groeien aan mijn lijf de armen groeien aan mijn lijf ik houd ze niet meer tegen ze groeien naar de hemel toe mijn lichaam wordt steeds leger mijn lichaam wordt zo dun, zo dun, het zakt steeds dieper in de aarde mijn armen groeien naar de hemel toe ik houd ze niet meer tegen zo, aan het kruis van het heelal hang ik met duizend armen de aarde om mijn voeten heen het lijf, gerekt, steeds armer o christus, boeddha, is hier geen erbarmen? [pagina 97] [p. 97] Deze laatromeinse eeuw straaldieren op neonsneeuwen wegen elk woord is airconditioned krupp de kranten zijn met bloed besmeurd gauguin ging naar tahiti deze laatromeinse eeuw de dagen blijven aan elkander kleven tot de tijd scheurt [pagina 98] [p. 98] Radio activiteit I het licht is met een rode plof doorgekomen schokwater sijpelt door de gronden violette as begint te sneeuwen in de stilte vòòr de stemmen knerst het grint als werd een stolp in het heelal teruggenomen dan rinkelen telefoons ongevraagde tijdmeldingen het is thans eenentwintig eeuwen na christus het is thans eenentwintig eeuwen... op mijn hand strijken de dode meeuwen Radio-activiteit II als de dood komt in sneeuw of in regen zullen wij niet verbitterd zijn onze lichamen zullen wij tegen elkander leggen en de pijn dat wij geen kinderen kregen zal genezen zijn Vorige Volgende