De Nieuwe Stem. Jaargang 10
(1955)– [tijdschrift] Nieuwe Stem, De– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 657]
| |
G.J. Resink
| |
[pagina 658]
| |
BalischWij gingen samen, prauw en kust; de stranding
brak haar. ‘Het wenen ruiste als de branding’
dichtte eens een Baliër en ik schrijf zilt:
‘Nog steekt het wrakhout in mijn zelfverzanding.’
| |
In Balische hellevoorstellingGeen mens is hier zo slecht, dat hij straks in de hel
voor eeuwig branden moet: de hemel komt toch wel.
Zo zet hiernamaalsgloed dit leven in het licht
van de verdraagzaamheid. Bemin die dan. En fel.
|