Frits van Deventer
Blues
De blues zijn profane liederen van de noordamerikaanse neger. Omdat de eerste regel herhaald wordt, passen ze in een twaalf-matig muziekschema. De hiervolgende bloemlezing wordt gevormd door bewerkingen van verschillende op de plaat vastgelegde blues-coupletten. Ze worden daarop gezongen met guitaar- of banjobegeleiding.
1
Hij is Gods ganse dag en nacht
zo dronken als een beest;
Maar als hij me toelacht, vergeet ik,
dat ik eens treurig ben geweest.
2
waar ik mijn meisje achterliet;
bij de rode lampen in Basin Street.
3
Ik hou zo van je, jongen,
laat me bij je binnengaan;
Als je goede vrouwtje thuis komt,
ben ik allang hier weer vandaan.
4
bedroog me met die louche knaap;
Maar als ze terugkomt, weet ik,
dat ik toch weer bij haar slaap.
5
nam mijn kerel mee, o Heer;
maar nooit keerde hij weer.