De Nieuwe Stem. Jaargang 7(1952)– [tijdschrift] Nieuwe Stem, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 268] [p. 268] Herman van Snick Trage wals Langs de grensweg van Sint-Andries, van het veer naar zee gaan op stap, één, twee, een bejaarde en een jonge kommies. En ze komen drie uren naar het barenspel turen... en dan keren ze weer van de zee naar 't veer. En jaar uit en jaar in, zonder eind of begin: met hun twee, één, twee, van het veer naar zee. Misschien komt er een slot wanneer d'oudste held door de Dienst of de Dood wordt op rust gesteld? Maar een nieuweling komt. Het gaat verder, verdomd! Vergeten is 't luttel verlies! En weerom naar zee gaan gedwee, één, twee, een bejaarde en een jonge kommies. [pagina 269] [p. 269] Koor Het is geen koor van Donkozakken en ook geen paters kinderkoor. Het is het koor der bleke wrakken, die stromplen heel Europa door. Een schrale tenor, vele bassen, gebroken alten, nooit sopraan, alnaar de jaren en de rassen of 't somber kwaad hun aangedaan. Soms nieuwe kinderkelen schreien, doch vele stemmen vallen uit. Hun lied dat hijgde in de reien vond in hun sterven zijn besluit. Het is het koor der bleke wrakken, het neergezakte vrijheidskoor, ze vallen onder stalen hakken maar geven ons het wachtwoord door. Vorige Volgende