De Nieuwe Stem. Jaargang 6(1951)– [tijdschrift] Nieuwe Stem, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 356] [p. 356] Alfred Kossmann De liefhebber spreekt Ik mag zo graag Een mooi schetsje maken, Een mooi liedje dichten, En ik zing vaak, Maar geen jazz of zo. Mijn goden zijn Schubert, Rembrandt, Michel Angelo, Ik hoorde een lezing daarover in de radio En ik poog ze te evenaren. Ik houd niet van mijn vrouw En ik lijd veel gevaren Omdat ik niet van der hou. Want eigenlijk ben ik een ander. Iedere avond na de vaat Verander Ik in een minstreel of een soldaat. Weet je wat ik hoor Als ik me de hele dag heb moeten beteugelen Met veel verdriet En 't is schemer en laat? Een koor Van engelvleugelen Of je me gelooft of niet. Vorige Volgende