De Nieuwe Stem. Jaargang 6(1951)– [tijdschrift] Nieuwe Stem, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 339] [p. 339] A. Lemair Doorbraak In eenen ruk scheurde mijn leven open en 't lag daar bloot en van zijn schijn ontdaan. hoe mocht ik hardop denkend naast u loopen, hoe ben ik zuiver door de nacht gegaan, bevrijd van sleur, van smet, in redeloos hopen, verbonden met de kern van mijn bestaan - alsof een raadsel zich nu ging ontknoopen, of onverwacht 't gordijn omhoog zou gaan - wat vroeger was, scheen plotsling te ontwaken: jonge vervoering, innerlijke gloed. hoe deed uw warmte ziel en zinnen goed en ik kon niet los uit uw vertrouwen raken - als iets mijn wezen nog gezond kan maken, dan zal het zijn uw stem die mij begroet. Vorige Volgende