| Dr J.J.L. Duyvendak, geb. 1889. Hoogleraar aan de Rijksuniversiteit te Leiden; directeur van het Sinologisch Instituut. Schreef o.a.: ‘China tegen de Westerkim’; ‘Wegen en Gestalten der Chineesche geschiedenis’; ‘Tao-te-tsjing, het Boek van Weg en Deugd’. |
| H. van Merlet (pseud.), geb. 1900. Journalist en letterkundige. Schreef o.a.: ‘Het Oud Seizoen’ (poëzie); ‘De Bond van Eerlijke mensen’ (novellen); ‘Het Zaad tussen de Doornen’ (roman). |
| T. Eekman, geb. 1923. Drs. slavische talen en letterkunde; assistent van prof. Becker aan de Gem. Universiteit te A'dam. |
| L.P.J. Braat, geb. 1908. Beeldhouwer en publicist. Red.-secr. van ‘Kroniek v. Kunst en Kultuur’. Schreef o.a.: ‘Binnen de grenzen van hart en land’; ‘Uit de werkplaatsen der beeldhouwers’. |
| D.A.M. Binnendijk, geb. 1902. Drs. geschiedenis; thans Hoofd der Afd. Kunstzaken der Gemeente Amsterdam. Schreef o.a.: ‘Onvoltooid Verleden’ (poëzie); ‘Zin en Tegenzin’; ‘Een Protest tegen den Tijd’. |
Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd