De Nieuwe Stem. Jaargang 4(1949)– [tijdschrift] Nieuwe Stem, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 376] [p. 376] Michel van der Plas Lied Winterse dageraad, kom nog niet, kom nog niet: tegen uw oevers staat huiverend het riet. Licht ontwend, heeft het zich ijskussens toevertrouwd; nacht maakt het nederig, vorst maakt het oud. Geen van de stengels draagt zilveren pluimen meer: koude en stormmisbaar sloegen ze neer; elk nest dat tussen hen roerdompen hoedde is naakt als de stengels en kil van gemis. Laat het riet rillen, ach laat het maar eenzaam zijn: geef het geen goud, geen dag, laat het zijn pijn. Geef het geen goud: in ijs leerde 't berusten - O, daarom, voor jaren wijs, huivert het zo. Winterse dageraad, kom dus niet, kom nog niet: tegen uw oevers staat brekend het riet. Vorige Volgende