De Nieuwe Stem. Jaargang 4(1949)– [tijdschrift] Nieuwe Stem, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 353] [p. 353] W. van Maanen Fles en bal Als 't dromenscheepje in de groene fles Of 't barre sneeuwland in de glazen bal Zo liggen wij besloten in 't heelal En weten niet waar onze uitweg is. Soms, buiten de glazen sfeer, beweegt er iets Dat even tegen bal of fleswand stoot: Dan is opeens de konsternatie groot, Trilling en werveling, en dan weer niets. Ik heb, als kind, diep in de bal gestaard En heel behoedzaam langs de wonderfles Gestreken en gedacht: hoe kan dat schip, Die sneeuw daar komen waar geen ingang is?- En wat gebeurd' er als eens iemand hard Die bal, die fles aan gruizelementen kneep? Ballet Zij droeg de rozen van haar borst Als smachtten ze van dorst; En klaar om in te schenken stond De rode beker van haar mond. Haar heupen golfden als het gras Waar wind de jager was; En diep tot in haar marm'ren voet Boorde de steekvlam van haar bloed. Zij dwong haar driftge levensmaat Tot zijn verlossingsstaat; En hield de wereld en het uur Omstrengeld in een dansfiguur. Vorige Volgende