Het licht
Revolutie in Rusland.
Van den niet zeer hooge, bleek ziekelijk wit, zwakt het licht. Over de gouden bergen van wie komen door het kille weenen van het nu. O, in de eenzame straten van de nachtstad gleden de parelende lichtdroppen schoon door de raggende duistere webben. Maar de geest is uitgevaren in het alleen-zware en over de wereld groeit een nieuwe vreugde van wat licht geluk.
Er zijn wat schoone liederen naar ons toe gegaan. Uit de overvolle diep-donkere, uit het lijden, uit de geteisterde zielen zijn zij opgerezen nu een kleurloos licht. Roepen hun blijde stemmen in den dag. Glanst het nieuwe weten in hun oogen-licht.
De nacht was koud en droef en somber. Zwijgend gingen wij eenzaam door een woud. Wist gij den weg? Ik wist hem niet.
Mijn hart weent om wie in duisternis zijn.
Want in de hooge wonen van de schoonheid glijdt des geestes wezen langs de geluidlooze paden van het licht.
Toon Verhoef.