Geert van Oorschot met actrice Linda van Dyck, 1981. Foto Wim Riemens.
Met die literaire overwegingen was het pleit over de werkelijkheid natuurlijk niet beslecht. Maar in 2011 maakte ik een klein boekje: Krullebol-Steilhaar. Het Vlissingen van Geert van Oorschot (2011). Op de presentatie, in Vlissingen uiteraard, dook een oudere dame op die mij werd voorgesteld als ‘de dochter van Coleta’. En zij was zeer beslist: het verhaal, de hele verhouding, was ontsproten aan de fantasie van Geert. Hij had het misschien wel gewild, ervan gedroomd, maar er was niets gebeurd. Coleta was dan ook razend geworden toen het boek verscheen, vertelde haar dochter.
Ik was tevreden met die verklaring. Deze lag in lijn met de reputatie van Geert van Oorschot als sterkeverhalenverteller, sloot aan bij zijn literaire twijfel over de scène in de duinpan - hij had immers geen waarheid tot zijn beschikking om het pleit te beslechten. En de dochter van Coleta was zeer duidelijk geweest.
Totdat een vriend mij een paar dagen later vroeg: ‘Als jij je kleine neefje had verleid en dat neefje zou dat vijftig jaar na dato aan de grote klok hangen, zou jij alles dan toegeven aan je dochter?’ Tja. Mensen liegen over seks, zeker over buitenechtelijke seks en vaak tegen de kinderen die ze hebben met de bedrogene.
Waarmee we terug zijn bij Elisabeth Eybers. Ik vroeg Jeanne Wessels, de dochter van Eybers uit haar Zuid-Afrikaanse huwelijk, wat zij wist over haar moeder en Geert van Oorschot. Veel had haar moeder er niet over losgelaten, zei ze. Maar over één ding was Eybers stellig geweest: ze was niet met hem naar bed geweest.
arjen fortuin (1971) werkt aan een biografie van uitgever Geert van Oorschot, die hij eind 2015 hoopt te publiceren. Hij is criticus, columnist en redacteur van NRC Handelsblad.