| |
Gemengde berichten
Nieuwe ledenlijst Maatschappij der Nederlandse Letterkunde
Het ligt in de bedoeling op niet al te lange termijn een nieuwe ledenlijst te laten verschijnen. De secretaris vraagt alle leden met klem wijzigingen in post- en e-mailadressen steeds zo spoedig mogelijk te melden. Ook wordt leden van wie het e-mailadres nog niet in de ledenlijst staat, verzocht dit adres aan hem door te geven.
In maart is het persbericht over de prijstoekenningen naar alle leden met een e-mailadres gestuurd. Sommige mails kwamen retour omdat het adres niet meer klopte, zonder dat uit de retourzending viel op te maken aan welke naam het ongeldige adres gekoppeld moest worden. Als uw e-mailadres niet meer geldig is, wilt u dan het nieuwe even laten weten?
Gewoonlijk volgt er na het verschijnen van een ledenlijst een lawine van wijzigingen. Het is natuurlijk beter als die lawine de secretaris vóór het persklaar maken van de kopij voor de nieuwe ledenlijst bereikt, ofwel via mnl@ library.leidenuniv.nl ofwel per post: Secretaris Maatschappij der Nederlandse Letterkunde, p/a Universiteitsbibliotheek, Postbus 9501, 2300 ra Leiden.
| |
De Maatschappij der Nederlandse Letterkunde heeft de volgende prijzen toegekend:
Prijs voor Meesterschap 2009 aan Gerrit Kouwenaar
Deze in 1920 ingestelde prijs wordt eenmaal in de vijf jaar toegekend, afwisselend
| |
| |
in een van de categorieën 1) schone letteren 2) Nederlandse taal- en letterkunde en 3) geschied- en oudheidkunde, zodat de toekenning in elk van deze categorieën eenmaal in de 15 jaar plaatsvindt. De prijs bestaat uit een gouden penning.
Uit het juryrapport: Zonder overdrijving kan gesteld worden dat Kouwenaar al heel lang algemeen als onze grootste levende dichter wordt beschouwd. Men kan dat opmaken uit de prijzen die hem al eerder ten deel zijn gevallen, uit de grote hoeveelheid kritieken en studies die in de loop der jaren aanzijn poëzie zijn gewijd en uit de invloed die hij onmiskenbaar op het werk van jongere collega's heeft uitgeoefend. Zijn gedichten maken een letterlijk volmaakte indruk. Kouwenaar is aan ieder gedicht blijven werken totdat het aan zijn hoge norm voldeed.
De jury bestond uit Kester Freriks, Micha Hamel, Ingrid Hoogervorst en Rudi van der Paardt (voorzitter).
Eerdere laureaten van de prijs voor Meesterschap zijn onder meer Hugo Claus, Ida Gerhardt, S. Vestdijk, Henriette Roland Holst en P.C. Boutens.
| |
Lucy B. en C.W. van der Hoogt-prijs 2009 aan Ester Naomi Perquin
Deze in 1925 ingestelde prijs is in de taal van het reglement een ‘prijs van aanmoediging’, tegenwoordig ook wel ‘stimuleringsprijs’ genoemd. Hij wordt ieder jaar uitgereikt, afwisselend in de categorieën poëzie en proza, aan een schrijver van wie in de voorgaande jaren haar/zijn eerste of eerste twee publicaties zijn verschenen. Ester Naomi Perquin heeft twee bundels gepubliceerd: Servetten halfstok en Namens de ander (Van Oorschot, 2007 en 2009). De prijs bestaat uit een penningen € 7.500.
Uit het juryrapport: De poëzie in Servetten halfstok en Namens de ander valt op door het schijnbaar gewone taalgebruik en de alledaagse, herkenbare situaties, die van een bedrieglijke eenvoud zijn, maar waarin de hele wereld doorklinkt. Perquin stelt vragen aan het leven, probeert greep te krijgen op de wereld en haar verwondering echoot in elk gedicht. De toon, helderheid en aandacht voor het gewone krijgt in een bijna achteloze vorm gestalte en onder de lichtheid klinkt steeds een droeve, melancholieke ondertoon.
De jury bestond uit Kester Freriks, Micha Hamel, Ingrid Hoogervorst en Rudi van der Paardt (voorzitter).
Eerdere laureaten van de Van der Hoogtprijs zijn onder meer Thomas Möhlmann, Micha Hamel, Geert Buelens, René Puthaar, Erik Menkveld, Piet Gerbrandy, Peter Ghyssaert, Anna Enquist, Eva Gerlach, H.C. ten Berge, Christine D'haen, Leo Vroman, Ida G.M. Gerhardt, M. Vasalis, H. Marsman en J. Slauerhoff.
| |
Kruyskamp-prijs 2009 aan dr. Frans Debrabandere voor zijn Oost-Vlaams en Zeeuws-Vlaams etymologisch woordenboek (L.J. Veen, Amsterdam 2005).
Deze in 1994 ingestelde prijs wordt eenmaal in de drie jaar uitgereikt voor een werk op het gebied van de Nederlandse lexicografie, lexicologie of de editie van oude Nederlandse teksten, en bestaat uit een oorkonde en 2.500 euro.
Uit het juryrapport: Het knappe van het te bekronen boek is dat het niet alleen een groter lekenpubliek goed leesbare en heldere informatie verstrekt, maar dat het ook de wetenschappelijke precisie en grondigheid vertoont die nodig zijn voor de betrouwbaarheidsgarantie van die informatie. Debrabandere slaagt er op voorbeeldige wijze in om op onderhoudende wijze aan te geven waar woorden taalkundig gesproken vandaan komen, waarbij hij in voorkomende gevallen ook nieuwe inzichten verstrekt door bestaande etymologische verklaringen expliciet te corrigeren.
De jury bestond uit J.G. Kruyt, H.J. Verkuyl en F. Willaert.
Eerdere laureaten van de Kruyskamp-prijs zijn onder meer Marc De Coster, Willem Wilmink, W.P. Gerritsen en Frans Claes.
| |
Dr. Wijnaendts Francken-prijs 2009 aan Arnold Heumakers voor zijn boek De schaduw van de Vooruitgang (Querido 2003)
Deze in 1934 ingestelde prijs wordt eenmaal in de drie jaar uitgereikt voor een werk dat zich beurtelings beweegt op het gebied van a) essays en literaire kritiek b) cultuurgeschiedenis, en bestaat uit een oorkonde en € 2.500.
Uit het juryrapport: Heumakers' essays in De schaduw van de Vooruitgang, net als die in Schoten in de concertzaal en De fatale cirkel, munten uit door een open betoogtrant. Heumakers is een utilitair ingestelde essayist die ervoor zorgt dat zijn lezers met hem mee kunnen denken. Zijn grote nieuwsgierigheid, zijn onafhankelijke inzicht en zijn geloof in de betekenis van literatuur en ideeën zijn een verrijking voor de Nederlandse literatuur en essayistiek.
De jury bestond uit Wim van Anrooij (voorzitter), Yra van Dijk, Yasco Horsman, Ileen Montijn en Carel Peeters.
Eerdere laureaten van de dr. Wijnaendts Francken-prijs zijn onder meer Frank Westerman, Carel Peeters, Jeroen Brouwers, Paul Rodenko, Karel van het Reve, H.A. Gomperts en Annie Romein-Verschoor.
De juryrapporten zijn integraal beschikbaar op http://maatschappijdernederlandseletter kunde.nl/, waar ook een overzicht is te vinden van alle prijzen die de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde sinds 1921 heeft toegekend.
De prijzen worden uitgereikt tijdens het openbare gedeelte van de jaarvergadering van de mnl op zaterdag 6 juni 2009 om 15.30 uur in het Academiegebouw, Rapenburg 73 te Leiden.
Voor nadere inlichtingen: Leo van Maris, secretaris mnl, p/a Universiteitsbibliotheek, Postbus 9501, 2300 ra Leiden, tel. 071-5144962, e-mail: mnl@ library.leidenuniv.nl
| |
Van Goens-prijs 2009
De Commissie voor opdrachten op het gebied van de geschiedenis der Nederlandse letterkunde, ressorterend onder de Maatschappij der Nederlandse letterkunde te Leiden, heeft de Rijklof Michaël van Goens-prijs 2009 toegekend aan Anna Dlabacová voor haar artikel ‘Drukken en publieksgroepen. Productie en receptie van gedrukte Middelnederlandse meditatieve Levens van Jezus (ca. 1479-1540), in: Ons Geestelijk Erf (jaargang 79). De prijs bedraagt € 3.000 en wordt driejaarlijks uitgereikt; ze is bedoeld om nog niet gepromoveerde onderzoekers te stimuleren tot publicaties over de geschiedenis van de Nederlandse literatuur.
In haar rapport stelt de jury onder meer: Dablacová toont aan het boekwetenschappelijk handwerk uitstekend te beheersen, niet alleen waar het de beschrijving van de handschriften en drukken van de meditatieve Levens van Jezus betreft, maar ook hun gebruik door uiteenlopende groepen van lezers. Daarnaast is haar artikel helder van opzet en uitstekend geschreven. De kwaliteit van het geheel is des te opmerkelijker gegeven het feit dat de jonge auteur haar researchmasterstudie nog maar onlangs heeft afgerond.
Uitreiking: zaterdag 6 juni in het Academiegebouw, Rapenburg 73 te Leiden, tijdens een bijeenkomst die om 14.15 uur begint.
Voor nadere inlichtingen: Lies Klumper, secretaris van de Commissie, Oranjegracht 95, 2312 ne Leiden, tel. 071-5127673, e-mail: liesklumper@ casema.nl
| |
| |
| |
Menno Hertzberger prijs
In november 2009 zal de menno hertzberger prijs onder auspiciën van de Nederlandsche Vereeniging van Antiquaren voor de veertiende maal worden uitgereikt.
Deze prijs werd in 1963 ingesteld door de Nederlandse antiquaar Menno Hertzberger, toenmalig voorzitter van de Nederlandsche Vereeniging van Antiquaren, ter stimulering van de bestudering van de geschiedenis van het boek en de beoefening van de bibliografie.
De prijs wordt eens in de drie jaar toegekend aan de auteur(s) van een al dan niet gepubliceerde studie op het gebied van de bibliografie of de geschiedenis van het boek in de ruimste zin des woords en bedraagt € 2.500. Bij voorkeur wordt de prijs bestemd voor (een) Nederlandse auteur(s) of voor (een) buitenlandse auteur(s), indien zijn/ haar (hun) werk speciaal betrekking heeft op de Nederlandse bibliografie of de geschiedenis van het Nederlandse boek.
Voor zover het gepubliceerd werk betreft, komen alleen boeken of tijdschriftartikelen in aanmerking, die voor de eerste maal verschenen zijn in de jaren 2005-2008. Niet gepubliceerde manuscripten dienen binnen deze periode voltooid te zijn.
Het bestuur van de Stichting Menno Hertzberger Prijs van de Nederlandsche Vereeniging van Antiquaren vormt tevens de jury en bestaat uit de heren J.F. Heijbroek (voorzitter), P.G. Hoftijzer, P.A.G.W.E. Pruimers (secretaris), P.A. van Capelleveen en F. Laurentius.
Boeken, tijdschriftartikelen of manuscripten kunnen worden toegezonden aan de secretaris van de stichting, Prinsegracht 15, 2512 ew 's-Gravenhage.
De Menno Hertzberger Prijs werd eerder uitgereikt aan mej. dr. I.H. van Eeghen voor haar boek De Amsterdamse Boekhandel 1680-1725 (1965), prof. dr. W. Hellinga en mevr. L. Hellinga voor hun boek The fifteenth-century printing types of the Low Countries (1968), prof. dr. ir. C. Koeman voor zijn boek Atlantes Neerlandici (1972), dr. L. Voet voor zijn boek The Golden Compasses (1975), P. Valkema Blouw voor zijn Bibliografie der Nederlandse drukken 1541-1600 (1978), dr. P.J. Buijnsters voor zijn Bibliografie der geschriften van en over Betje Wolff en Aagje Deken (1981), dr. F.A. Janssen voor zijn boek Zetten en drukken in de achttiende eeuw (1985), prof. dr. B. van Selm voor zijn boek Een menighte treffelijcke Boecken (1991), mej. D. de Hoop Scheffer en C.H. Schuckman voor het Hollstein project (1994), B. de Graaf voor zijn verdiensten als uitgever, antiquaar en bestuurder in de wereld van boek en bibliografie (1996), aan het Bureaus stcn van de Koninklijke Bibliotheekvoor het werk aan de Short-Title Catalogue, Netherlands, de Nederlandse Bibliografie tot 1800 (1999) en aan de heer en mevrouw Buijnsters-Smets voor hun boek Lust en lering (2002). Een aanmoedigingsprijs werd in dat jaar toegekend aan J. Salman voor zijn boek Populair drukwerk in de Gouden Eeuw. In 2005 werd de prijs toegekend aan Uitgeverij de Buitenkant, de aanmoedigingsprijs werd toen uitgereikt aan dr. M. van Otegem voor zijn boek A bibliography of the works of Descartes (1637-1704) (2002).
De sluitingstermijn voor inzending is 31 mei 2009.
| |
Archief Frans Kellendonk
Sinds september 2006 beheert de Leidse Universiteitsbibliotheek vanwege de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde het grootste deel van de literaire nalatenschap van Frans Kellendonk. Dat is wel een bijzondere wending van het lot. Kellendonk was immers enkele maanden werkzaam op de Leidse Universiteitsbibliotheek en zijn ervaringen vonden onder meer vorm in zijn kleine roman Letter en Geest. In de krochten van de bibliotheek waart in deze roman een spook rond en de arme bibliotheekmedewerker wordt tot wanhoop gedreven. Over Letter en Geest en Kellendonks lotgevallen in de Leidse ub schreef Janus Linmans in 2006 een scherpzinnig en innig boekje onder de titel Legato con amore in un volume.
Vorig jaar verscheen in de charmante reeks ‘Kleine publicaties van de Leidse Universiteitsbibliotheek’ als nummer 78 Het Kellendonk-archief, een bepaald niet klein uitgevallen inventaris van het archief en een overzicht van Kellendonks gepubliceerde werk. André Bouwman zorgde voor de inventaris, Ernst Braches voor het overzicht van de werken.
Het is een schitterend naslagwerk (voor de prijs van € 20) voor ieder die zich uit liefde of voor geld met het literaire en journalistieke werk van Kellendonk bezig houdt. Onmiddellijk na verschijning onmisbaar.
In een aantal opzichten is het echter ook een wonderlijk boek, al was het maar omdat ook dat wat het Letterkundig Museum aan Kellendonk-manuscripten bezit beschreven is. Dat is ontzettend handig, maar ook wezensvreemd in een beschrijving van het in Leiden berustend Kellendonk-archief. De suggestie wordt zo bovendien gewekt dat er zich buiten deze instellingen geen snipper Kellendonk meer bevindt.
Onhandig is dat de titel die op rug en omslag te vinden is (‘Archief Frans Kellendonk’) verschilt van die op de titelpagina. Dat Ernst Braches niet naast André Bouwman opgevoerd wordt als auteur van het boek - hij lijkt ‘slechts’ medewerker -, miskent het belang van Braches' bijdrage aan het boek.
Kellendonk-vorsers zullen zich door de zakelijke toonzetting van de korte inleiding niet laten ontmoedigen, maar voor de liefhebbers had wat meer bezieling geen kwaad gekund. Lag het bijvoorbeeld niet voor de hand om te verwijzen naar Kellendonks Leidse connecties en het boekje van Linmans?
Daarbij treft het onaangenaam dat het boek slecht gecorrigeerd lijkt: dat bibliotheek eens als ‘biliotheek’ optreedt, is tot daaraantoe, maar dat W. Bronzwaer als ‘Bronszwaer’ verschijnt en Marjoleine de Vos plotseling ‘Madeleine’ heet, doet afbreuk aan het monumentale karakter van Het Kellendonk-archief.
Wel allemaal kopen natuurlijk.
| |
Dr. Johnson (1709-I784), in Engeland en Nijmegen
In Engeland wordt de 300ste verjaardag van Samuel Johnson onder meer gevierd met de introductie van een nieuwe soort ‘ale’. Een bijzondere manier om de mateloze theedrinker te eren, maar er is meer: een sponsorloop van Lichfield, waar Johnson geboren werd, naar Londen en natuurlijk vele lezingen en congressen, alle gerangschikt en te vinden via www.johnson2009.org.
In het geboortehuis van Johnson is het ‘Samuel Johnson Birthplace Museum’ gevestigd en in Londen, 17 Gough Square, is Dr. Johnsons's House te vinden. Op de geboortedag van Johnson, op 18 september 1709, is dat laatste museum vrij toegankelijk. Zeker de moeite van een bezoek waard is er de zolder waar Johnson in de jaren dat hij aan zijn beroemde woordenboek werkte een aantal Schotse inktkoelies treffende passages liet noteren. Dat woordenboek, dat in twee delen in 1755 verscheen, is misschien wel Johnsons belangrijkste bijdrage aan de Engelse cultuur en aan de lexicografie. De woordenboekmaker (en zichzelf) omschreef hij in zijn eigen woordenboek als een ‘harmless drudge’.
In de komische serie Blackadder belandde het manuscript van Johnsons woordenboek per ongeluk in de haard, een heiligschennis die vooral de heiligheid van het woordenboek accentueert.
Een goed beeld van Johnsons verdiensten wordt geboden door de kleine tentoon- | |
| |
stelling die in de eerste helft van 2009 in de Nijmeegse Universiteitsbibliotheek te vinden was. Ook zijn verhoudingen met Nederland komen daarbij in het voorbijgaan aan de orde. Zo zou Johnson voor zijn woordenboek geput hebben uit het Engels-Nederlandse woordenboek van Willem Séwel uit 1708. Opvallend genoeg werd dat woordenboek later ‘verbeterd’ door Egbert Buys, dezelfde die in 1760 voor de Nederlandse vertaling van Johnsons Rasselas zorgde. Over de bijzondere betrekkingen tussen Buys en Johnson zou men meer willen weten.
Bekend was al wel dat James Boswell het Nederlands machtig zocht te worden, maar Johnson volgde in de laatste jaren van zijn leven het voorbeeld van zijn Eckermann: om zich ervan te overtuigen dat er met zijn geest - ondanks de dagelijkse consumptie van liters thee - niets aan de hand was, legde hij zich toe op het lezen van Thomas à Kempis in het ‘Low Dutch’. Halverwege deze moeizame exercitie vond hij het welletjes: hij vond zichzelf voorde proef geslaagd.
Bij de Nijmeegse tentoonstelling, die samengesteld werd door Léon Stapper, hoorde een Gids, waaraan Graham Jefcoate, de directeur van de Nijmeegse ub, en Peter de Voogd, de Utrechtse emeritus hoogleraar Engelse Letterkunde, inleidende beschouwingen bijdroegen. In het bijzonder de bijdrage van De Voogd over Johnson als veelzijdig ‘boekenmens’ bevrijdde Dr. Johnson uit het keurslijf van de excentriciteit en toonde hem als hartstochtelijk lezer en onverbeterlijke dwarskop.
| |
Achttiende Bert van Selm-lezing
Op dinsdag 1 september 2009 zal de achttiende Bert van Selm-lezing plaatsvinden met de voordracht die Ewoud Sanders zal houden onder de titel ‘Hoe bouw ik zelf een digitale bibliotheek?’
Historicus en journalist Ewoud Sanders bouwde in krap drie jaar tijd een bibliotheek met ruim 22.000 titels en 3,5 miljoen pagina's. Ter vergelijking: de Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren (dbnl) telt 1 miljoen pagina's. In de Bert van Selm-lezing laat hij niet alleen zien hoe je zo'n bibliotheek aanlegt en inricht, maar ook hoe zo'n controleerbare, flexibele digitale collectie de diepgang en kwaliteit van het onderzoek bevordert.
Naarmate het aantal boeken en tijdschriften op internet groeit, wordt de vraag dringender hoe je die gedigitaliseerde bronnen het efficiëntst raadpleegt. Het is daarbij niet nodig om te wachten wat aanbieders als Google Books en de dbnl zelf als zoekmogelijkheden aanbieden. Met een geringe investering kun je op je eigen laptop of pc een grote digitale bibliotheek inrichten die vele malen beter te doorzoeken is dan die op internet. Ook kun je uit allerlei bronnen boeken toevoegen: bijvoorbeeld boeken die je zelf hebt gescand. Hoe bouw en onderhoud je zo'n digitale bibliotheek en hoe richt je deze zo in dat je - bijvoorbeeld - moeiteloos kunt zoeken op auteur, illustrator of thema, chronologisch, omgekeerd chronologisch, op primaire en secundaire bronnen, op periode, op woorden, delen van woorden, woordcombinaties, enzovoorts.
Alumni van de opleiding Nederlandse Taal en Cultuur, studenten, docenten, vakgenoten en alle andere belangstellenden worden van harte uitgenodigd deze lezing bij te wonen.
Toegang tot de lezing
De lezing vindt plaats in zaal 011 van het Lipsius-gebouw, Cleveringaplaats 1, van het Witte Singel/Doelencomplex te Leiden en begint om 16.15 uur. Aansluitend wordt een drankje geschonken. De toegang is vrij, maar u dient vroegtijdig een plaats te reserveren door een e-mail te sturen naar r.a.m.honings@ hum.leidenuniv.nl. Aanvragen worden in volgorde van binnenkomst gehonoreerd. Voor nadere informatie: secretariaat van de opleiding Nederlandse Taal en Cultuur, tel. 071-5272604.
Uitgave van de lezing
De achttiende Bert van Selm-lezing zal worden uitgegeven door de Stichting Neerlandistiek Leiden in samenwerking met De Ammoniet en zal verschijnen op 1 september 2009. U kunt in het bezit komen van een of meer exemplaren door € 11,50 (of een veelvoud daarvan) over te maken op postbankrekening 3881447 van de Stichting Neerlandistiek Leiden, Postbus 9515, 2300 ra Leiden, o.v.v. ‘Achttiende Bert van Selm-lezing’. Gelieve bij uw betaling op de overschrijving uw naam en adres te vermelden. Voor abonnees en leden van de alumnivereniging Siegenbeek bedraagt de prijs € 10,75. De bestelling is op 1 september na afloop van de lezing af te halen of zal na die datum worden toegezonden.
Abonnement
U kunt de Bert van Selm-lezing steunen door abonnee te worden. Indien u dat wilt, kunt u dit kenbaar maken door bij uw bestelling het woord ‘abonnee’ te vermelden. U krijgt dan met ingang van dit jaar automatisch elk jaar een uitnodiging voor de lezing toegestuurd en u verzekert zich van een exemplaar van de gedrukte tekst, tegen voordeelprijs. Dit ligt op de dag van de lezing voor u klaar of het wordt u toegezonden (vergezeld van een rekening).
| |
O muse comt nu voort
Eind juni verschijnt de cd O Muse comt nu voort. Nederlandse liederen uit de periode 1550-1750 door duo Seraphim (Margot Kalse, mezzosopraan en Elly van Munster, luit). Dit project werd gesteund door de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde.
De liederen op de cd zijn contrafacten: poëzie op indertijd bekende tot beroemde melodieën.
Tussen 1550 en 1750 verschenen in de Nederlanden talloze liedboekjes. Dit waren veelal boekjes in zakformaat met liedteksten die gemaakt waren op bekende melodieën. Meestal werd de melodie alleen maar aangeduid, bijvoorbeeld met ‘op de wijze van...’. Had iemand zin om te zingen, dan pakte hij het boekje uit de zak; de melodieën waren hem bekend.
De cd bevat teksten van o.a. Jan van der Noot, Jan van Hout, Hooft, Bredero, Vondel, Valerius, Focquenbroch en Weyerman.
De cd kan besteld worden door overmaking van € 22,90 op rekening 1581151 t.n.v. Margot Kalse te Leiden, met vermelding van cdnl en adres; de cd wordt dan thuis bezorgd.
| |
Tentoonstelling over de heilige Nicolaas
Van 2 oktober 2009 tot 3 januari 2010 is in het Museum Catharijneconvent te Utrecht de tentoonstelling Sint-Nicolaas te bezichtigen. De tentoonstelling belicht de herkomst en de ontwikkeling van de verering van de heilige Nicolaas en laat zien hoe hij in de loop der eeuwen in de kunst is weergegeven. Legenden rond zijn persoon hebben aanleiding gegeven tot het ontstaan van tradities die in Nederland tot op de dag van vandaag gehandhaafd zijn.
Het is buitengewoon interessant dat dit van oorsprong katholieke feest -met name in Nederland- de reformatie zo glorieus heeft overleefd.
Pas in de negentiende eeuw wordt de figuur van Zwarte Piet aan het verhaal toegevoegd.
Bij de tentoonstelling hoort een boek, samengesteld door Eugenie Boer en John Helsloot. Eerstgenoemde auteur behandelt de (kunst-)historische, laatstgenoemde de volkskundige aspecten van Sint-Nicolaas.
|
|