Nieuw Vlaams Tijdschrift. Jaargang 33
(1980)– [tijdschrift] Nieuw Vlaams Tijdschrift– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 321]
| |
[Nummer 3]Jana Beranová
| |
[pagina 322]
| |
laatste dichtbundels ‘Ačkoli’ (Hoewel) en ‘Beton’ (Beton) voorlas. Na een kleine selectie uit zijn werk, door mij spontaan en in beperkte oplage uitgegeven in 1971, toen er wéér het teleurstellende bericht kwam dat hij geen toestemming had gekregen om naar Nederland te komen, verscheen in 1975 bij Meulenhoff - eveneens in mijn vertaling - een gedeelte van Holubs allerlaatste, in Tsjechoslowakije nog niet gepubliceerde manuscript in ‘Machine van woorden’, een bloemlezing uit het werk van Popa, Herbert, Kunert en Holub. En in datzelfde jaar - in de serie Tsjechische dichters, thans de Cultura Slavica te Rotterdam - een bundel essays over poëzie, leegte en vrijheid onder de titel (een regel uit zijn eerste tekst) ‘Het gedicht is niet het laatste, maar het eerste van de mens’. Al lijkt Holubs poëzie doordrongen van het intellect en getuigend van een soms koele klinische observatie, zal zijn diepe persoonlijke betrokkenheid met de mens, alsmede zijn - vaak noodgedwongen verhuld - inhaken op de politieke situatie, een goede lezer hopelijk niet ontgaan. De gedichten die hierna volgen zijn nog niet eerder in het Nederlands gepubliceerd. Het gedicht ‘Vijf minuten na de luchtaanval’ is opgenomen in het boek ‘Woorden tegen vernietiging’, een bloemlezing uit poëzie in Europa over de Tweede Wereldoorlog onder redactie van Bertus Dijk, dat in mei van dit jaar bij van Gennep in Amsterdam uitkomt.Ga naar voetnoot(*) |
|