Reflex
Nooit te oud om te leren, maar vaak te jong
Terwijl ik zelf boeken schreef had ik geen tijd om mijn lectuur bij te houden, een feit waarover ook Hugo Raes zich recentelijk beklaagde, en ik nam mij voor mijn achterstand in te halen zodra ik oud en wijs zou geworden zijn, ogenblik dat thans is aangebroken.
Een van de namen die tijdens mijn arbeidzaam leven telkens een schuldgevoel in mij wakker riepen was die van Robert Musil, auteur van ‘Der Mann ohne Eigenschaften’. Ik ben zijn werken nu aan 't lezen.
Mijn eerste verbazing ontstond rond het feit dat Musil niet meer van de jongsten kan zijn, daar zijn debuutroman: ‘Die Verwirrungen des Zöglings Törleß’, waarmee ik het eerst heb kennis gemaakt, reeds in 1906 verscheen.
Mijn tweede verbazing was een gevolg van de eerste, maar daarom niet minder groot. Die Musil schreef in 1906 zoals in Duitsland in 1906 Thomas Mann en in Frankrijk Henri Bordeaux en Paul Bourget schreven: langdradige psychologische romans.
In ‘Die Verwirrungen des Zöglings Törleß’, een geval van homoseksuele erotiek in een kostschool, meent men lange tijd met wijsgerig-religieus getob te doen te hebben en wanneer het de erotische kant uitgaat is men nog bladzijden lang volkomen gerust dat alles zal koelen zonder blazen, maar men leest toch door, want er kan nog altijd iets zondigs gebeuren.
In ‘Die Vollendung der Liebe’ gaat een moeder haar zoon bezoeken in de kostschool. In de trein herinnert zij zich dat zij zich vóór haar huwelijk aan een andere man heeft gegeven en langzaam stijgt het verlangen in haar op dat als getrouwde vrouw nog eens te doen. Dat verlangen wordt met veel talent langdradig beschreven en wanneer de Ministerialrat die het zal bevredigen haar hotelkamer binnentreedt, is het verhaal binnen de zes regels ten einde.
In ‘Die Portugiesin’ wordt een liefde voor een Portugees dienstmeisje beschreven dat zwanger wordt en in het hospitaal sterft, aangelegenheid die uit de doeken wordt gedaan zonder één enkel schuttingwoord.
De derde verbazing was de grootste. Zij kwam achteraan en zwol langzaam. Ik geef toe dat het niet is zoals het behoort: ik lees liever literatuur dan pornografie, maar pornografie boeit mij meer en ik stelde vast dat Robert Musil met zijn gereserveerde zinnelijkheid mijn ongezonde nieuwsgierigheid meer en langer gaande hield dan Jan Cremer en mij aangenamer prikkelde. Dat is een een wijsheid zo oud als de wereld, ik weet het, maar het doet goed ze te herontdekken. Wij zijn er na aan toe, na jaren lang de rokken verkort en de decolletés verlaagd en verbreed te hebben, ook de cache-sexes en de beha's te laten vallen en al wat er dan kan gezien worden aan en gedaan met wat de pastoor van Schoten op de preekstoel noemde de schandelijke lichaamsdelen, te noemen en beschrijven in plat Vlaams. Het wordt hoog tijd eraan te denken dat er dan het plezier bijna van af is. Naakt zonder complexen waren Adam en Eva in het paradijs. Toen zij de vreugde van de zonde gekend hadden, schaamden zij zich en bedekten hun schaamte met klederen. Ik vraag mij na lezing van Musil, die mijn lage zinnelijkheid met de beschrijving van het eindeloos wachten ener vrouw op het binnentreden van een echtbreker heerlijker geboeid houdt dan Jan Cremer met zijn smossige kuts, lullen en tieten, af, of men