maar allereerst de drang om iets te zeggen. Al is hij bij definitie iemand die telkens de pen opneemt om zijn beste boek te schrijven, zijn boodschap is voor hem belangrijker en die boodschap kan iets zijn dat aan zijn werk nog ontbreekt en er dus, belangrijk of niet, aan toegevoegd moet worden, zoals het ook iets zijn kan dat het alleen maar vermeerdert, meer omvang geeft. De boodschap vervat in de titel van de roman ‘Aanvaard het leven’ ontbrak aan het werk van de Pillecijn en de laatste romans van Mauriac geven meer omvang aan zijn literair figuur.
Zijn leeftijd is voor de schrijver geen stopsignaal. Er bestaan meesterwerken die op hoge leeftijd werden geschreven en er zijn er die enkel uit de bezinning van de grijsaard kunnen ontstaan.
Het is gauw gezegd dat de schrijver moet ophouden na zijn beste werk. Dat is echter onmogelijk en ware het mogelijk, dan zou het dwaas zijn. Hij kent zijn hoogtepunt niet, hij kent zijn mogelijkheden niet, geen enkel oeuvre volgt een geleidelijk opgaande lijn en na zijn beste boek heeft hij meer redenen dan ooit om te verwachten dat het volgende beter zal zijn. Valt dat volgende minder goed uit, dan mag hij des te meer verhopen van het dààropvolgende, vermits zijn werk vanaf zijn debuut zulke dalingen vertoont.
Zolang hij schrijflust, drang en moed gevoelt, bevindt hij zich in de prealabele conditie om zijn beste boek te schrijven en daar hij hiertoe nooit meer indicaties heeft gehad, heeft hij geen enkele reden om zijn drift niet te volgen.
Waarschijnlijk schrijft men zolang men kan en houdt men ermee op, om welke reden ook, niet als gevolg van een logisch besluit, maar uit een gevoel van onmacht dat men een andere schijn geeft. Toen Tolstoi de kunst verloochende en weigerde te schrijven, kon hij het waarschijnlijk niet meer.
G.W.