Nieuw Vlaams Tijdschrift. Jaargang 4(1949-1950)– [tijdschrift] Nieuw Vlaams Tijdschrift– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 985] [p. 985] Dorpsdwaas Voor Maurice Roelants. Als kind heeft hij geleefd in droompaleizen, Bij 't bouwen van een zeekasteel uit zand; Hij zong er zachtjes bij: zo vreemde wijzen. Of zij niet kwamen uit zijn eigen land. Toen hij een man werd zocht hij liefst de schuren, Voorzichtig speurend naar een waaksen hond; En daar begint het spel, dat hem voor uren Houdt vastgekluisterd aan den lemen grond. Hij laat het zand weer door zijn vingers stromen, - Een kleine beek die eindigt noch begint - Tot leven wekkend lang-verloren dromen, Bij 't schilderen van bloemen, dier of kind. Men scheldt hem dwaas: hij glimlacht zonder weten, Het hoofd wat schuin - waar hoorde hij dat lied? Wat zij hem aandoen is voorgoed vergeten, Als hij het wonder zich voltrekken ziet. Hij is een koning, tovenaar, een wijze, Die stil behoedt zijn teer geheimenis: En alle schuren zijn voor hem paleizen, Waar hij alléén en diep-gelukkig is. K.H.R. DE JOSSELIN DE JONG. Vorige Volgende