Nieuw Vlaams Tijdschrift. Jaargang 3(1948-1949)– [tijdschrift] Nieuw Vlaams Tijdschrift– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 1034] [p. 1034] Nieuwe morgen Gesluierd nog, der vage rijmen schroom, maar allengs driester wordend in 't vergaren der mooglijkheden. Dan, plotsling, het ware: een karrespoor gedachten ploegt de droom. Links havervelden, rechts de ijle zomen van dennenbossen, en vooruit, zo klaar dat heel het land de vroegte wordt gewaar, een paardenspan met rinkelende tomen. Luidkeels dit dansend koper op 't gebons der plompe hoeven, en de laatste slagen, ter vroegmis nodend, als een rollend brons. En na de roep van torenklok en wagen weer allerwegen het verscholen dons dat fijntjes tikt in eikenhakhoutlagen. Vorige Volgende