De Nieuwe Gids. Jaargang 54(1939)– [tijdschrift] Nieuwe Gids, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 129] [p. 129] [De Nieuwe Gids. Jaargang 54. Deel 2] Aan Mevrouw Dr. Jeanne Kloos-Reyneke van Stuwe door Martien Beversluis. Hoe vonkt het kort, dit onbestendig leven. En zinkt in tranen en afzondering.... 't Staat als een ijsbloem voor ons licht geschreven en sterft in d'adem der bewondering. Een wild bouquet werd het tot U geheven Gij sloot Uw oogen in verzaliging, tot het den steen dekt, waar U is gebleven het lieflijk waren der herinnering. Maar die het zóó betreurd heeft en geprezen; het blijvend uit het wisslend heeft gelezen, tot hij zichzèlf om 't allerdiepst vergat; die in zijn droom de wegen zocht na deze, om hèm geen droefenis, om hèm geen vreeze, hij vond, mèt U, Dien hij heeft liefgehad. Veere, Jan. 1939. Vorige Volgende