Zij wilde en zou dineeren aan den oever der Seine, waar de mist uit opsteeg, ‘sous la nuit bleue avec des insectes sur la nappe’. Maar de minste opmerking kon haar electriseeren, en haar doen uitbarsten in een flux de paroles.
Eens had een harer kennissen, Mariéton, opgemerkt, dat zij ‘perdrait son âme dans les fleurs’, waardoor zij opvlamde en riep:
- Comment, mon cher, pouvez-vous dire de pareilles sottises? Mon goût n'est pas du tout de me perdre dans la nature, mais de l'envelopper au point que je vois les fleuves courir sur le coeur de l'homme. Le monde m'a éblouie sur lui la force de ma jeunesse et de mes désirs.
En de oogen sluitend, zeer zacht zeide zij:
....‘Je crois que je peux prendre
Tout ce bonheur sur moi d'un geste immence et rond!’
Waar zij ook was, en welk gesprek zij voerde, overal citeerde zij versregels, en, het was de schilder J.E. Blanche, die het opmerkte, - altijd met gesloten oogen, alsof zij improviseerde in een staat van extase; en na afloop van den boven beschreven avond, zeide zij:
‘Je penserai souvent à cette soirée ténébreuse, fraîche et douce à la fois, si gaie, où, sûre de vos amitiés, insouciante, j'ai retrouvé le léger bonheur de la plus jeune jeunesse.
Op deze luchtige oogenblikken was de last van haar beroemdheid van haar weg-gevallen; dan was zij ‘vraiment elle-même’ dan hadden haar woorden, haar gebaren ‘le mieux le son du vrai’. Wat zij zeide, kreeg in haar mond een ‘sens neuf et plein’, en, zooals Barrès zich uitdrukte:
over hare woorden ‘sa voix versait un nouveau mystère....’
Helaas, weer thuis na deze heerlijke uren van zorgelooze overgegevenheid, kon zij den slaap niet vatten, en leed zij aan hevige zenuwpijnen. De doktoren drongen er op aan, dat zij Parijs zou verlaten, om in een verlaten oord de rust te vinden, die zij boven alles behoefde. Haar huisdokter ried haar een verblijf aan te Territet. Maar zij wilde niet naar Territet, zij zou gaan naar het land van Mistral. Ze zeide:
- Je pars, un soir de juillet! Quelle chaleur vais-je trouver