Opgave II. ‘Beschrijf de muziektoestanden tijdens het leven van Beethoven.’
Òf
‘Geef een korte biographie van Beethoven.’
Beide maar. Ik kwam op dreef. Van een leien dakje liep het eerste opstel.
Hoe diep was ik door Beethovens lot bewogen geworden.
De reactie zette zich voor het tweede in een kleine tragedie om.
Bij het mondelinge gedeelte van het examen stak ik den eischer de loef af. Ik sprak maar, ik vertelde over de vragen heen, ik raasde door en hield daarbij de klok in het oog, tot van Milligen laconiek opperde:
‘Mej. A., zoudt U willen toestaan, dat de examinatoren U eenige vragen stellen?’
- De tijd voor het theoretische examen was toch reeds mooi opgeschoten. -
Mijn practische proeve:
‘Het Rondo Capricioso van Mendelsohn’ behaalde het hoogste cijfer 10.
Daarna zei van M., voor mij hoorbaar, tot de collega's: ‘die moet stellig middelbaar doen.’
‘Je bent geslaagd, je bent geslaagd’, hamerde het in mijn bewustzijn.
Als laatste ‘puzzle’ om op te lossen, kreeg ik nog de proeve ‘van het blad spelen.’
‘Was “Gröszmütterchen erzählen wird”.
.. .. .. .. .. .. .. .. .. .. .. ..
Toen ik, door mijn broer begeleid, opgelucht voor den vierschaar en de beide gedelegeerden verscheen om den uitslag te hooren vroeg mij Nicolaï, de President:
“En wat zou Eva Asscher nu wel willen, dat Gröszmütterchen haar vertellen zal?”
Aangevuurd door zijn allervriendelijksten toon, antwoordde ik stoutmoedig:
“Dat Eva Asscher het muziekdiploma der “Vereenigde Toon kunstenaren” met “Algemeen” stemmen heeft verworven”.
De President overhandigde mij het verwerkelijkte droombeeld.’
Zes handen drukten er een hartelijken zegen op.
.. .. .. .. .. .. .. .. .. .. .. ..