aan zijn vriend Dmitri Rhigas, die bij hem was gebleven, dat de zieke met acht dagen weer op de been zou zijn, maar aan het einde van die week spraken dezelfde doctoren ervan het been af te zetten. Juist vertrok een schip naar Marseille en Rimbaud liet zich aan boord dragen. Niet lang daarna ontving Dmitri Rhigas een brief van Isabelle Rimbaud, waarin zij hem meedeelde, dat haar broer was gestorven met gevoelens van groote vroomheid.
Arthur Rimbaud is de eenige werkelijke ‘übermensch’, dien ik weet. Zeer dikwijls is dit woord misbruikt, doch hier is het van toepassing. Bonaparte is geen übermensch, maar een mensch in wien de qualiteiten van grootheid buitengewoon zijn gestegen, tot een schittering zooals bij haast geen ander mensch is voorgekomen. Rimbaud schijnt een mensch van een andere orde te zijn. Men onderscheide echter bij hem naar gelang zijner levensperioden, minstens drie stadia: de onhebbelijke jeugdige extravagant, daarna de zwerver door Europa en ten slotte den trekker door de Afrikaansche woestijnen.
Van zijn eerste periode is wel wat te begrijpen, van zijn tweede is het al moeilijker zich de psyche voor te stellen en in de Afrikaansche woestijnen raak ik heelemaal de kluts kwijt bij hetgeen hem dreef. Dagen lang teerde hij daar op een zakje rijst, alles kon hij ontberen. Voort ging het in de brandende hitte. Een bisschop-missionaris, die zijn leven van ontberingen kende, zeide van hem: ‘Maar die man is een van de onzen, hij heeft zijn roeping gemist; hij had trappist of karthuizer moeten worden.’ De bisschop zag in hem iemand, die in staat was het zuivere leven des geestes te leiden. En wat dreef hem? Bloote gewinzucht kan het niet geweest zijn, al droeg hij dan zijn heele fortuin met zich mee in zijn gordel. Het was de onrust, die hem slingerde door de bosschen en over de brandende zanden, totdat hij werd neergesmakt en het einde kwam.
Geloof aan God en godsdienst heeft hij bij zijn dood teruggekregen. Hij werd toen bijgestaan door een priester, die verwonderd was over zijn werkelijk geloof en over de omkeer, die in zijn ziel had plaats gegrepen.