[Bericht]
Het onderstaande plaatsen wij met genoegen als blijk van den goeden, begrijpenden geest, die heerscht onder Luctor's personeel.
Red.
Hoog Geachte Heer Kloos,
Mag ik U - naar aanleiding van de gebeurtenis dat ‘Luctor et Emergo’ binnenkort vijf-en-twintig jaren drukker van ‘De Nieuwe Gids’ is - lastig vallen? Voor alles mijn excuus dat ik mijzelf in hetgeen hieronder volgt moet noemen, maar in de gegeven omstandigheden is dit onvermijdelijk.
Welnu dan:
Toen ik drie-en-twintig jaren geleden op ‘Luctor’ kwam als aankomend-letterzetter, was een van de eerste werken, die ik moest helpen gereed maken ‘De Nieuwe Gids’. Doordat ik uit den aard mijner opvoeding in de anarchistische beweging was gekomen en ik daarin nogal een actieve rol vervulde, moest ik veel schrijven voor de sociaal-anarchistische bladen (ik was o.a. medewerker aan het blad van Domela Nieuwenhuis). Schrijven zat - al was het niet gecultiveerd - mij misschien wel een beetje in het ‘bloed’. Het was dus van-zelf-sprekend dat ik ‘De Nieuwe Gids’ met veel interesse zette. Het was niet een opnemen en rangschikken van letters in de zethaak, zooals maar al te veel geschiedt, neen: ik zette de ‘Nieuwe Gids’- copy ook met mijn hersens en veelal las ik ook nog eens de accoord-proeven met een graagte, omdat ik wist dan veel te kunnen leeren. En.... het kostte geen cent, wat een voornaam punt was. Op twaalfjarigen leeftijd was ik van de Lagere School gegaan en moest mij verder maar geheel zelf vormen. ‘De Nieuwe Gids’ gaf mij school. Ik vroeg mij af wààrom bepaalde schrijvers een van andere afwijkende wijze van schrijven hadden en dan trachtte ik door te dringen in de psyche van hen. Maar als ik dan schreef, ja, dan voelde ik dat ik nog veel te leeren had. Later toen ik de revolutionaire beweging had verlaten, ben ik