in het volk. De liberalen hebben nu weer gezegd: het liberale beginsel is mooi, maar.... niet nu!
Hiermee raakte de heer Marchant een belangrijk onderwerp van den dag aan, nml. de fusie onder de partijen van links.
Wat daarmee te doen?
Men weet, hoe de zaak eigenlijk op 't oogenblik staat?
Onder verschillende partijen van links is in den laatsten tijd de vraag naar voren gebracht, of 't niet wenschelijk ware, om tot een aaneensluiting te geraken en te trachten een gemeenschappelijk programma te vinden waarmee allen zich zouden kunnen vereenigen. De Liberale Unie, de Vrijzinnigen van oude kleur, en de fraktie, die onder leiding van Mr. Treub staat, kwamen in een partikuliere samenkomst bijeen, om eens van gedachten te wisselen over de kansen en de mogelijkheid, die er toe zou kunnen leiden, dat deze drie partijen zich onder een gezamenlijk programma - niet ieder der drie programma's - bij de verder te voeren propaganda zouden kunnen vereenigen.
Maar - daar wilden wij hier de aandacht even juist op vestigen - een andere partij van links heeft aan deze besprekingen geen deel genomen.
Wij bedoelen die der vrijzinnig-demokraten.
Men heeft gezegd, dat zij wel een uitnoodiging tot deelneming aan deze besprekingen heeft ontvangen, maar dat zij daar geen gebruik van heeft gemaakt, geen gebruik van heeft willen maken.
Maar hoe dan ook, de vrijzinnig-demokraten hebben bij deze aangelegenheid van hun belangstelling niet doen blijken; bij de gehouden gedachtenwisseling hebben zij van hun interesse geen blijk gegeven.
De overige aanwezige partijen hebben op deze bijeenkomst rustig van gedachten kunnen wisselen en hebben zich in den breede over de verschillende kwesties, die ter sprake werden gebracht, kunnen bedenken. En met dit resultaat, dat elk der aanwezige partijen geen onmiddellijken beslissing heeft genomen, maar gelegenheid heeft gekregen er in eigen partij eerst eens over van gedachten te wisselen.
Wij hooren er dus nog meer van.
't Schijnt evenwel bij de deelnemers aan deze konferentie als een paal boven water te staan, dat hun partijen, gelijk die nu bestaan geen goede reden van bestaan hebben, en dat deze op de een of andere wijze, kunstmatig of niet, steun moeten hebben.
Jammer alleen, dat zij dit zoo in het publiek toonen en reden geven er van te denken wat men wil.
Neen, dan staan de vrijzinnig-demokraten scherper en zuiverder in deze zaak. Dat zij niets van een samengaan met andere partijen, van wier beginselen zij vóór de laatste verkiezingen nooit iets hebben willen weten, nu ook geen sympathie vertoonen, valt slechts in hen te looven, en toont aan, dat zij niet voor een of ander doel zich laten vinden, om meer of minder toe te geven aan eischen, die hen mogelijk eenig onmiddellijk voordeel kunnen brengen, maar waarmee de zuiverheid van eigen overtuiging in gevaar kan komen.