De Nieuwe Gids. Jaargang 35(1920)– [tijdschrift] Nieuwe Gids, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 739] [p. 739] Herfst door Hélène Swarth. I Ik wil het sterfuur van den Herfst verbeiden, Zooals ik vroeger slaaploos nederlag, Om roze-aroom en nachtegaleslag Mijn handenvouwende aandacht vroom te wijden, Tot ik het scheemren van den morgen zag, Roerloos ontroerd van droefzoet lentelijden En mild mijn oogen weenden om het scheiden Van Mei, die vlood voor vuur van zomerdag. Maar hoe ik de oogen sper en wacht en luister, Geen teeken van verderven heb 'k bespeurd. Nog praalt de Herfst in roode'en gouden luister, Of wind al flarden van zijn mantel scheurt. Doch diep in 't woud loert Winter wreed - en kruist er De Herfst zijn weg, zijn leven is verbeurd. [pagina 740] [p. 740] II De boomen staan in koninklijke pracht Van goud en purper, in het karmozijn Van droomeschoone' Octoberavondschijn En wachten vroom het komen van den nacht. Doch koel, met vlokken, die als bloemen zijn, Valt de àl te vroege sneeuw geheimvol zacht. En als het daagt, verwonderd staan bevracht De gouden boomen blank van hermelijn. Zwaar weegt de sneeuw op 't gele en roode loof, Dat was op sterven nog niet voorbereid. Doch jonge morgen, blauw als blij geloof, Blaast weg de sneeuw - die ligt nu laag verspreid. En tragisch traag vangt aan de bladerval En 't woud geeft mantel, kroon en kleed, geeft àl. [pagina 741] [p. 741] III Dof paarsig wijnrood tegen 't blanke dak Rijst rank een vuureik. Grijs de lucht en laag. Een meesje ritselt in de bruine haag. Een kraai strijkt neer en zet een zwarte vlak Op 't wit fluweel van de eerste wintervlaag. Zilverig tinkelt bellentuig, geklak Van tong en zweep hitst àan het paardje, een tak, Nog bladervol, laat valle'een vlokkenlaag. Nog gistr October - sneeuw viel àl te vroeg. 'k Liep gistr in 't woud, dat fier zijn kroon nog droeg. Nu strekt de sneeuw haar doodelaken uit. Gelijk een roover in den nacht zoo stil Kwam deze winter. Valt zijn list ten buit Mijn gouden herfst, die niet verwelken wil? Vorige Volgende