Kabinet: de coalitie heeft geen program, zegt De Nederlander, sprekende als orgaan van de Christelijk-historische fractie dier coalitie. En zoolang is ook niets te zeggen, welke vraag vóór alles den aanstaanden verkiezingsstrijd zal beheerschen.
Dat in 1913 alles gereed zal zijn wat onderhanden is, kan men zich denken. De heer Talma met name, die met zooveel talent het Congres van drankbestrijders heeft geleid, heeft tot dusver niet den indruk gegeven, dat hij met evenveel slag zijn sociale wetten naar het Staatsblad zal brengen.
Toch heeft de regeering, als naar gewoonte, bij de troonrede weer nieuwe goede gaven in uitzicht gesteld.
Men zou deze troonrede gevoeglijk kunnen laten vervallen. Zij tautaliseert slechts. Zij zou telkens moeten eindigen: ‘en van dit alles zal weinig of niets terechtkomen.’ Dit zou oprecht zijn gesproken.
Thans schijnt ook te worden gebroken met de grondwettelijke gewoonte, dat de Koningin zelf de zitting opent van de Staten-Generaal. Een treurig besluit! De manoeuvres verdienden de voorkeur. Beide vermoeienissen te ondergaan scheen te veel te wezen. En dan gaan de manoeuvres voor. De Koningin verzuime toch geen gelegenheid om met het volk en zijn vertegenwoordiging in aanraking te komen! Het koningschap, als instelling die den regelmatigen gang van het Staatsbedrijf helpt verzekeren, wordt door velen hoog geschat. Maar er zijn ook argumenten tegen, en het heeft in het volk ook veel critiek te verduren. Indien de koningin en hare raadslieden het erop willen toeleggen, den steun van het koningschap in het volk te versterken, zullen zij zooveel mogelijk voeling moeten houden met dat volk. Wordt dit verzuimd, dan kan geen beschermheerschap van prins Hendrik het verzuim vergoeden. En als men zich wil overtuigen, dat het bij den goeden wil, die ook in het Nederlandsche volk leeft, gemakkelijk is om populair te zijn, laat men dan het oog eens richten naar de vrouw van den jongen Koning van België.
Natuurlijk hebben de sociaal-democraten er munt uit geslagen: de Koningin is voor hun dreigementen bevreesd. Maar voelt men niet, als dit eens waar zou kunnen zijn, hoe dan eerst recht het koningschap zijn wapenen had afgelegd?
Ook van dit dreigement heeft de Koningin van België de uitvoering doorstaan. Daar is zij Koningin voor.