aan de vergankelijkheid van ons aardsch bestaan.....
Ook in andere tafereelen heeft Derkinderen als een kostbaren schat bewaard, wat het voorgeslacht ons aan diepzinnige en klaar-sprekende symbolen naliet.
In den Trap des Levens schilderde hij den op- en afgang van het Leven, gezien onafhankelijk van de wisselvalligheden van geluk of rampen, in vijf leeftijden. En, in nauw verband hiermede, den brenger dier wisseling, den Tijd die snel voorbijgaat, den statigen ruiter op het blanke machtig-gebouwde ros, - als een vermaning dat niets stilstaat, maar de jaren aan ons werken, dat voor ons allen die nog stijgend zijn het oogenblik komt dat wij het hoogtepunt voorbijgaan, en, met een schat van ervaring in ons, afdalende zullen terugzien naar de vreugden en smarten van ons verleden.
De wankelbaarheid van des levens gesteldheden, op de tafereelen van Weelde en Nood, Gezondheid en Ziekte zelf genoemd, zien wij door het Rad van Fortuin in een enkel beeld samengevat. En het laatste tafereel vermaant ons: ‘Denk aan de onzekerheid des Levens en zorg zoolang het Dag is.’
* * *
Zooeven werd gesproken van Derkinderen's liefde voor wat vroegere geslachten ons hebben nagelaten. Ook in de vormen zijner kunst leeft die eerbied voor traditie.
Toen in vroeger tijden de kleederdracht der menschen fraai en harmonisch was, hadden de schilders slechts om zich heen te zien naar sierlijken val van vouwen en lieflijk-eenstemmige kleuren. Nog zijn er wel enkele streken waar het eenvoudige landvolk als een deel der natuur is, waar een vrouw in kleurige feesttooi schoon is als een boom in herfstpracht. Maar zeldzamer en zeldzamer wordt in dezen tijd ook de eenvoud daar buiten.
Zoo zal de kunstenaar die in menschgestalten een ideëel