De Nieuwe Gids. Jaargang 15(1899-1900)– [tijdschrift] Nieuwe Gids, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 283] [p. 283] Laster door Willem Kloos. Des Lasters eindloos-lange slangen-sliert Slingert gestadig, met zacht-liegend stuwen, Als een geleidelijk-afrollend kluwen, Door 't stil-druk wemelen van 't mensch-gediert.... O, Hel-menuët, die nauw hoorbaar zwiert! O, levend gif, waar elk mensch van moest gruwen! Wie sprak daar het eerst?... wie wist het?... Met schuwen Schuif-tred langs allen hij zijn sluipdans stiert.... Bloeit daar geen blos? Is de schaamte uit de wereld Gevloôn met àl schoonheid van vroegren tijd, Waar soms de ziel, als zij omziet, naar krijt? Houd toch maar moed, o, mijn hart! want klaar perelt Uw Liefde door de eeuwen met sterken gloed Boven dit eeuw-eind van hebzucht en bloed...! Vorige Volgende