Boekbesprekingen en aankondigingen
Wilfred Jonckheere, Van Mafeking tot Robbeneiland. Zuid-Afrika in de Nederlandse literatuur 1896-1996. Uitgeverij Vantilt, Nijmegen, 224 blz., rijk geïllustreerd, met register, 1999, f 39,90 / 798 BEF. ISBN 90 75697 21 X
Onderzoek naar de beeldvorming van de ene natie over de andere is en blijft een boeiende aangelegenheid. Doordat eenzijdigheden en overtrokken accenten in kaart worden gebracht, heeft een dergelijke studie altijd vermakelijke kanten. Hoe amusant ook, de imagologie, de wetenschappelijke onderzoeksrichting inzake de beeldvorming van naties over naties - is echter eerder gericht op het betrappen en wegnemen van vooroordelen dan op een komisch effect. Beide aspecten treffen we in het hier te bespreken boek aan.
Wilfred Jonckheere, tot voor kort hoogleraar Afrikaans en Nederlands in het door en door Engelse Pietermaritzburg (Kwa-Zulu-Natal), is gefascineerd geraakt door de sterke schommelingen in het beeld dat Nederland en Vlaanderen zich van Zuid-Afrika en van de Boeren, respectievelijk Afrikaners schiepen. In zijn omvangrijke en degelijke studie Van Mafeking tot Robbeneiland onderzoekt Jonckheere de voorstellingen van Zuid-Afrika in de Nederlandstalige letterkunde van 1896 tot 1996, van het voorspel tot de Boerenoorlog tot het aantreden van de zwarte meerderheidsregering.
Hoe heeft de Nederlandse letterkunde dat honderdjarige historische proces weergegeven? Dat is de vraag die Jonckheere in zijn boek stelt en grondig beantwoordt.
Zuid-Afrika is niet zomaar een land, in ieder geval voor Nederland en Vlaanderen niet. Zuid-Afrika mag dan tienduizend kilometer ver, op het zuidelijk halfrond liggen, het ligt dicht bij onze voorstellingen en gevoelens, onze fantasieën en onze dromen. Het Afrikaans, die wonderbaarlijk mooie taal die vertrouwd en vreemd tegelijk is, vormt het beste symbool voor de relatie van afstand en verbintenis tussen Nederland en Zuid-Afrika.
Rond 1900 waren de Boeren een door het trotse Albion geknecht broedervolk. Alle verlangens die de Nederlanders met betrekking tot het eigen land hadden, projecteerden zij op dat edele, niet door de industrie bedorven volk dat zijn vee leidde langs de gezonde, grazige weiden van Afrika. Met een schat aan informatie laat Jonckheere zien hoe intens de gebeurtenissen in Zuid-Afrika vanuit Nederland werden gevolgd, onder meer door Frederik van Eeden, Nicolaas Beets en Willem Kloos. Veel aandacht besteedt hij aan de grote verteller Louwrens Penning (1854-1927) die met zijn romans over de strijd der Boeren, zijn personages Louis Wessels, Jan Tromp en Blikoortje de emoties van zijn lezers tot grote hoogte wist op te stuwen.
Tijdens de bezetting 1940-1945 probeerde de bezetter de herinnering aan Paul Kruger en Christiaan de Wet te mobiliseren om een anti-Engelse gezindheid