Neerlandica extra Muros. Jaargang 1984

[p. 45]

Van buiten de muren/Europa

Bondsrepubliek Duitsland

Aan de Universiteit van Keulen heeft de heer H. van Uffelen de heer A.J. Bolhuis opgevolgd als Lektor. De heer Van Uffelen is in Antwerpen geboren en kent de universiteit van Keulen al uit de tijd dat hij daar studeerde (1973-1979). Wij wensen hem veel succes met zijn werk bij het Institut für Niederländische Philologie.

(ms)

Universiteit van Göttingen. Uit het verslag van de heer R.A. Zondergeld blijkt dat de belangstelling van de studenten voor de cursus ‘Übung Niederländisch für Anfänger I’ door de jaren heen gelijk blijft (gemiddeld 70 studenten). Het aantal deelnemers aan de vervolgcursus blijft eveneens gelijk (gemiddeld 23 deelnemers). Momenteel hebben 15 studenten zich aangemeld die Nederlands als derde vak (tweede bijvak) voor het Staatsexamen of de (academische) Magisterprüfung studeren.

Tijdens het wintersemester '82/'83 bleek er veel belangstelling te bestaan voor het werkcollege literatuur dat als thema had ‘Das Indonesienbild in der niederländischen Literatur’. Er namen in totaal 19 studenten deel, een nieuw record!

(ms)

Italië

Universiteit van Trieste. In het verslag van het academisch jaar 1982-1983 (dat in Trieste pas op 31 oktober 1983 wordt afgesloten) van de heer J.P.M. Groot, lezen we dat de 5 docenten Nederlands in totaal 42 uren per week les geven. De lessen in het eerste en tweede jaar zijn gericht op taalverwerving (inclusief een grondige kennis van de grammatica) en het beginnend vertalen. De onderwerpen van de lessen omvatten onder andere: Nederlandse binnen- en buitenlandse en sociaal-economische politiek, Nederlandse cultuur en geschiedenis. De medewerkers van het instituut hopen dat de groei van het aantal studenten in het eerste jaar ook tot uiting zal komen in de latere jaren. Een drempel hiervoor vormt het examen dat aan het eind van het tweede studiejaar wordt afgenomen.

Ondanks het feit dat geen van de docenten een vaste aanstelling heeft - de wet op het universitaire onderwijs van 1980 heeft alles op losse schroeven gezet - is ‘de samenwerking uitstekend en daardoor het werkklimaat erg plezierig’ aldus de heer Groot.

(ms)

Portugal

Aan de Universiteit van Porto was het academisch jaar 1982-1983 een vruchtbaar jaar: er werden bijna zeventig studenten geteld, waarbij een buitenbeentje: een lerares die tijdens een vakantiecursus in Engeland

[p. 46]

Nederlanders en Vlamingen had ontmoet en zich voor hun taal en cultuur was gaan interesseren. De meeste tegenwerking ondervond mw. Huylebrouck van de winter, die dankzij een kapotte verwarming, in de collegezalen zorgde voor (binnen!)temperaturen van 8 en 9 ° C!

Tijdens het lopend academisch jaar zal moeten blijken wat de gevolgen zijn van de in het vorig academisch jaar ingestelde regeling, waarbij studenten niet meer verplicht zijn een keuzevak te kiezen dat verwant is met de hoofdrichting.

(ms)

Landen buiten Europa

Volksrepubliek China

Het lectoraat Nederlands aan de Universiteit van Beijing. Dit lectoraat begon officieel op 27 september 1982, de dag waarop ik hier mijn eerste college gaf. Er waren echter de nodige onderhandelingen aan vooraf gegaan, beginnende bij het bezoek van de toenmalige minister van onderwijs, Pais, in 1980.

Het hoofdmateriaal voor de eerstejaars wordt gevormd door ‘Levend Nederlands’. Ter voorbereiding op ‘Levend Nederlands’ besteden we de eerste twee maanden aan het boek ‘Een Klein Beetje Nederlands’ samengesteld door drs. N. Scheltens-Boerma, die een ruime ervaring heeft met het lesgeven aan Chinese studenten in Leiden.

De studenten van het eerste uur, zestien in getal, bestonden voor een groot deel uit docenten Indonesisch aan deze universiteit. Dezen hadden al zeer lang gewacht op de mogelijkheid om Nederlands te leren, aangezien hun vak een leesvaardigheid van het Nederlands vereist. Daarnaast volgden ook enige docenten Duits het college. Zij zijn vooral geïnteresseerd in Nederlandse literatuur. Aan het eind van het vorige studiejaar werd bekend dat de gevorderde studenten Indonesisch voortaan Nederlands als verplicht vak moeten leren, zodat de cursus Nederlands aan de Universiteit van Beijing verzekerd is.

In september 1983 is er weer een eerstejaarscursus van start gegaan. De groep, die bestaat uit zeven personen, is dit jaar meer gevarieerd; de hoofdvakken van de studenten lopen uiteen van Engels en Duits tot Biologie en Rechten. Twee van hen bereiden zich voor op verdere studie in Rotterdam en Gent.

De huidige tweedejaars besteden de meeste tijd aan lezen, aangezien leesvaardigheid voor hen de prioriteit heeft. Een van hen, de heer Dong Junxin, zal in december 1983 naar Nederland vertrekken om zich verder in het Nederlands te verdiepen en zal na terugkomst in China de docent Nederlands worden aan deze universiteit. Voor de tweedejaars geef ik voorts een facultatief college Nederlandse grammatica.

Een interessant neveneffect van het lectoraat Nederlands is dat het mensen van buiten de universiteit die ook in Nederland geïnteresseerd zijn aanzet zelf activiteiten te ontplooien. Er zijn in Beijing (en ook

[p. 47]

elders in China) nogal wat Chinezen van Indonesische afkomst. Drie van hen lopen al geruime tijd met plannen rond om Nederlandse literatuur te vertalen. Door drukke werkzaamheden en gebrek aan steun was daar tot voor kort niet veel van terecht gekomen. Dat de Universiteit van Beijing een lectoraat Nederlands begonnen is heeft hen gestimuleerd ‘de koppen bij elkaar te steken’, met als resultaat dat ze nu bezig zijn aan de vertaling van de ‘Max Havelaar’ in het Chinees.

Overigens voldoet dit lectoraat in Beijing nog lang niet aan de vraag naar Nederlands in heel China; ook in andere plaatsen in dit grote land zullen er genoeg mensen zijn die Nederlands zouden willen leren. Het beste bewijs hiervoor is een brief die ik onlangs ontving van een arts uit Hufu, een stadje in de provincie Anhui, die om Nederlands lesmateriaal vraagt voor zijn dochter die in Shanghai Duits studeert.

Drs. P.J. Peverelli