Ik zou in het bijzonder willen wijzen op punt 14 (b) van deze aanbevelingen:
- | ‘voor zover mogelijk dient een vertaler in zijn moedertaal te vertalen of in een taal die hij of zij even goed beheerst als zijn of haar moedertaal...’ (teneinde de kwaliteit van de vertalingen te verbeteren). |
Dit is in Nederland een veelbesproken punt, waar (zoals ook in vele andere landen) de meeste vertalers niet in hun moedertaal vertalen. De Nederlanders zijn met recht trots op hun beheersing van vreemde talen, maar misschien nemen zij toch wel te snel aan dat deze beheersing even groot is als die van hun moedertaal. Andersom gaan zij heel gemakkelijk prat op hun ‘steenkolen-Engels’ - niet erg gepolijst, maar goed genoeg voor het doel, zeggen zij dan. Nu de mijnen in Limburg tot het verleden behoren, wordt het misschien tijd het delven van die andere soort ‘steenkool’ ook te beëindigen.
Het idee het nieuwe instituut voor de opleiding van gespecialiseerde vertalers, wanneer dat er al komt, in Limburg te situeren, ondervindt al een zekere steun. Hoewel Limburg voor Nederland weinig centraal ligt, is dat wel het geval voor de Europese Gemeenschap die aan zoveel Nederlandse vertalers werk biedt (in Brussel, Luxemburg, enz.). Dit biedt ons enige hoop dat Limburg ook de plek kan zijn waar er aan de winning van ‘steenkolen-Engels’ een eind zal komen.
Tot slot zou ik graag de heer S. Hoogstra, Eindhoven, willen bedanken voor het vertalen van dit artikel in het Nederlands. Aandachtig het ‘moedertaalprincipe’ van de UNESCO, schreef ik het artikel oorspronkelijk in het Engels. Ook dank ik mej. E. Strietman, Assistant Lecturer in Dutch, University of Cambridge, voor haar belangstelling; zij was het, die mij aanspoorde om deze gedachten op papier te zetten.
Einhoven
Schubertlaan 102
Dr. R.H. Bathgate
1978. Een Karel van de Woestijne-jaar. De docenten in de neerlandistiek aan buitenlandse universiteiten, die in de loop van dit jaar voor eigen genoegen of ambtshalve België bezoeken, maken we er attent op dat Karel van de Woestijne, de welbekende Vlaamse dichter, honderd jaar geleden, op 10.3.1878 te Gent geboren werd. Vandaar een heel jaar lang Van de-Woestijne-herdenkingen. Zo werd al, op 10.3.1978, in het Archief en Museum voor het Vlaamse Cultuurleven te Antwerpen een herdenkingstentoonstelling geopend. Bij de opening werd het woord gevoerd door dr. E. Willekens, P.G. Buckinx, mw. L. Detiège en ondergetekende, die sprak over ‘Karel van de Woestijne en het Gentse Genie’. De tentoonstelling blijft tot 9 april in Antwerpen en is daarna van 14 april tot 1 mei te zien in Gent in het Ontvangstcen-