Allerhande
(rubriek XV)
Huldiging Prof. em. Dr. Fr. Baur. Op zaterdag 6 mei 1967 werd Professor Baur in de Raadzaal van het Provinciehuis te Gent gehuldigd, naar aanleiding van de toekenning, voor zijn gezamenlijk oeuvre, van de Interprovinciale Prijs voor Letterkunde van de Vlaamse Provincies 1966. Professor Dr. P. Brachin van de Universiteit te Parijs heeft bij deze gelegenheid het oeuvre van de gevierde in een akademische rede belicht.
Prof. Dr. L.C. Michels 80 jaar. Prof. Michels geëmeriteerd hoogleraar in de nederlandistiek aan de Katholieke Universiteit te Nijmegen is op 23-10-1887 als zoon van een schoolhoofd te Schijndel geboren. Hij studeerde aan het Canisius College te Nijmegen en het seminarie te St. Michielsgestel en te Haaren om vervolgens aan de R.U. te Utrecht Nederlandse Taal en Letteren te studeren, deed aldaar in 1913 zijn doctoraal, was 1913-1915 leraar te Rolduc, 1915 aan de R.K. leergangen, 1917 aan het St. Odulphuslyceum te Tilburg en sinds 1946 hoogleraar te Nijmegen. Prof. Michels was secretaris van het ‘Tijdschrift voor Taal en Letteren’.
Prijzen van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde. De Lucie B. en C.W. van der Hoogt-prijs 1967 is verleend aan de schrijver Andreas Burnier voor zijn romandebuut ‘Een tevreden lach’. De Dr. Wijnaendt Francken-prijs van dit jaar aan Prof. Dr. J.A. Emmens, hoogleraar in de Algemene Kunstwetenschappen en Iconologie aan de R.U. te Utrecht, voor zijn proefschrift ‘Rembrandt en de regels voor de kunst’.
Deutsch-Niederländische Kulturtagung. Zojuist heeft te Bonn de op grond van het Nederlands-Duits Cultuurverdrag gevormde Vaste Commissie vergaderd. Uit een nadien uitgegeven communiqué stippen wij enkele punten aan die voor de docenten nederlandistiek in het buitenland van belang kunnen zijn.
Het ligt in de bedoeling voor Duitse leraren Nederlands vooral aan middelbare scholen en gymnasia in Nederland vakantiecursussen in te richten, evenals in Duitsland voor Nederlandse leraren Duits.
Op het gebied van het universitaire onderwijs zou de oprichting van verdere leerstoelen voor Nederlands moeten plaats hebben, vooral in Hamburg, Göttingen en Bonn. Jonge Duitse wetenschapsmensen zouden zich eventueel in Nederland op hun ‘Habilitation’ kunnen voorbereiden. Dit zou alles het belang van de uitstraling van de Nederlandse taal en cultuur in het Duitse partnerland kunnen dienen. De uitwisseling van scholieren en studenten loopt reeds op bevredigende wijze.
Na gewezen te hebben op de uitwisseling van kunst- en muziekmanifestaties (de Nederlandse Cultuurdagen te Berlijn in de herfst van 1968, waartoe een Mondriaan-tentoonstelling zal behoren, een gezamenlijke Duits-Nederlandse expositie van beeldhouwwerken in de Keukenhof in het voorjaar van 1968, de gastspelen van Duitse toneelgezelschappen in Nederland enz.) wordt herinnerd aan het ontbreken van een Nederlands Cultuurinstituut in de Bondsrepubliek, dat daar een duurzame en belangrijke rol zou kunnen spelen.
Tenslotte vermelden wij uit het communiqué nog de kwestie van de wederzijdse erkenning van universiteits- en schooldiploma's.
Holland-Huis te Nagasaki geopend. Wij lezen in het Leids Dagblad van 4.7 l.l. (verkort): Dezer dagen heeft Prof. Dr. F. Vos, hoogleraar te Leiden in de Japanse en Koreaanse taal- en letterkunde, als voorzitter van de Nederlands-Japanse Vereniging, in Nagasaki een Holland-Huis geopend. Dit huis, ingericht in de stijl van de 17-de eeuw, is een tastbaar bewijs van de goede relaties, die er thans weer bestaan tussen ons land en dat van de Rijzende Zon. Deze betrekkingen zijn nu van meer culturele aard, in tegenstelling tot die uit midden 1600, toen de Nederlanders in de eerste plaats aandacht hadden voor zakelijke verbintenissen.