taal en cultuur aan buitenlandse onderwijsinstellingen ontwikkelt zich op bevredigende wijze. Plannen zijn in voorbereiding om hierbij ook gebruik te maken van moderne media zoals talenlaboratoria. De contacten met België zullen aanmerkelijk kunnen worden verstevigd door de aanstelling bij Harer Majesteits Ambassade te Brussel van een speciale functionaris voor de behartiging van zaken die liggen op het ambtelijk terrein van de minister en van diens ambtgenoot van cultuur, recreatie en maatschappelijk werk.’
De Nederlandse spelling. Zoals reeds elders in dit blad vermeld, heeft de voorzitter van de Werkcommissie in Rotterdam op 7 en 8 oktober 1966 als assessor in de Sectie Bibliotheekwezen de 16e Algemene Conferentie der Nederlandse Letteren bijgewoond. Uit de door deze Conferentie aangenomen resoluties die inmiddels reeds via pers, radio en televisie aan de Nederlandstalige gemeenschap werden meegedeeld, moge er hier één naar voren worden gebracht omdat zij ongetwijfeld de buitenlandse nederlandisten interesseert: ‘De conferentie heeft vernomen dat de regeringen van beide landen voornemens zijn een ingrijpende spellingwijziging in te voeren. Zij dringt er op aan dat deze regeling integraal zal zijn, o.a. ook de historische en geografische namen zal omvatten, en voorts dat de vastheid van deze spelling voor geruime tijd zal worden gewaarborgd.’
Nederlandse boeken voor de Universiteit van Indiana. In mei 1966 heeft de Heer Albert Boelaerts, Consul-Generaal van België in Chicago, een bezoek gebracht aan de Universiteit van Indiana in Bloomington, Indiana, en bij die gelegenheid een aantal Vlaamse letterkundige werken overhandigd aan Professor William Z. Shetter ten behoeve van het Netherlandic Institute.
In de Verenigde Staten wordt plaatselijk nog goed Nederlands gesproken. Wij lezen in Het Binnenhof, okt. 1966 onder bovenstaand hoofd:
PELLA, IOWA (UPI) - Het is al heel wat jaren geleden, dat de eerste Hollandse emigranten naar Amerika trokken om daar meestal in de landbouw een bestaan op te bouwen.
Toch wordt in verscheidene steden in de nieuwe wereld nog de Nederlandse taal gesproken.
Om dat te onderzoeken is Mevrouw Jo Daan, hoofd van de afdeling taalonderzoek van de Koninklijke Akademie van Wetenschappen te Amsterdam, naar Amerika getogen om het Nederlands van de Amerikanen te vergelijken met dat van de Nederlanders zelf. Zij heeft geluidsbandjes opgenomen van de gesprekken, die zij met de afstammelingen van de vroegere emigranten heeft gevoerd. In het stadje Holland, Michigan, is zij op 1 augustus gestart.
Vanaf die datum heeft zij tezamen met de Heer H. Heikens, wetenschappelijk medewerker op haar afdeling, Kenosha, Waupun, Little Chute, Wisconsin en Orange City bezocht. Verder is zij nog in Sioux Center, Hull, Bayden, Oskaloosa en Pella geweest om gewapend met haar bandrecorder studie-materiaal te vergaren. Zij heeft met meer dan 250 mensen gesproken.
‘We hadden verwacht hier oudere vormen van dialecten te vinden dan nu nog in Nederland gesproken worden, omdat de afstammelingen van de Nederlanders hier meer geïsoleerd leven’, zei Mevr. Daan. ‘Dit is echter niet waar gebleken. De meeste mensen in Amerika hebben het Nederlands geleerd in combinatie met taalgebruiken uit andere dialecten.’ Zij beschreef het ‘Amerikaans Nederlands’ als een taal, ‘die zeer dicht bij het standaard Nederlands staat, maar vermengd is met veel Engelse woorden, vervoegingen e.d.’ De Friese taal is de enige geweest, die het eeuwenlange verblijf in Amerika zonder veel schade heeft kunnen doorstaan. ‘De Friezen hebben hun taal bijna even puur kunnen houden als in Friesland’, zei Mevr. Daan. ‘Alleen vindt men er in Amerika een oudere vorm van’.
De taalkundige gaf tot slot nog een tweetal voorbeelden van het door elkaar gebruiken van talen. Toen zij pas in Pella aangekomen was, hoorde zij een gesprek tussen twee Engelssprekende mannen. Zij gebruikten in plaats van het Engelse ‘year by year’ het Nederlandse ‘jaar bij jaar’, terwijl zij toch in het Engels met elkaar spraken. Daartegenover heeft zij gehoord, dat de Nederlands sprekende inwoners van Pella in hun gesprekken liever het Engelse woord ‘car’, opnemen dan het Nederlandse woord ‘auto’.