Ooggetuigen van Nederlands-Indië
Pim van der Meiden
Iedereen die op zoek is naar de identiteit van Nederland (ik bedoel het noordelijke koninkrijk) krijgt vroeg of laat te maken met Indonesië, vroeger Nederlands-Indië, van alle voormalige koloniën veruit de belangrijkste. ‘Indië bestaat niet meer, maar het Indische element is niet meer weg te denken uit onze cultuur’, lezen we op de flaptekst van een bundel met meer dan honderd verhalen van ooggetuigen uit de lange periode van 1596 tot 1995.
Voor veel Nederlanders was Indië een droom, een paradijs. Vooral op een afstand, na repatriëring, of alleen op basis van verhalen bestond de neiging het leven in Indië te gaan verheerlijken. De samenstellers van de bundel hebben die dan ook de titel meegegeven Omstreden paradijs.
Het is een fraai boek geworden, waarin ik geen lacunes heb aangetroffen, wel enkele verrassingen. De inleidingen getuigen van eruditie.
Een paar opmerkingen. Bij het doornemen kwam mij een prachtig fotoboek in herinnering: Tempo doeloe, samengesteld door Rob Nieuwenhuys, een Indische Nederlander met linkse sympathieën. Om het allemaal niet te mooi te maken, laste de samensteller ook één foto in van een galgenveld, waar een massa-executie had plaatsgevonden. Het lijkt erop dat Praamstra en Zonneveld dat beeld van Nieuwenhuys hebben willen corrigeren, in die zin dat we erg vaak met de galg en andere vormen van executies geconfronteerd worden. Mij persoonlijk werd het zelfs te veel.
De aandacht die Indië in de loop der jaren in Nederland heeft gehad is overigens aan wisselingen onderhevig geweest. De banden waren er steeds, maar ze waren niet altijd even nauw. Opvallend is het ontbreken van Indië in dat meesterwerk uit onze negentiende-eeuwse literatuur, de Camera Obscura. Hildebrands vrienden William Kegge en Antoine kwamen uit Demerary (een onderdeel van Guyana) en Constantinopel, waar een kleine, kosmopolitische Nederlandse samenleving was. Neef Nurks vertrok waarschijnlijk naar de West: helemaal zeker was Hildebrand daar niet van. In het stuk Verre vrienden vinden we de passage: ‘Ik heb vrienden in Engeland, vrienden aan de Kaap, vrienden in Turkije, te Batavia, in Demerary, in Suriname!’ Het is een aanwijzing dat het belang van Indië in de eerste helft van de negentiende eeuw voor de gemiddelde Nederlander niet zo groot was. Misschien hadden de samenstellers van de bundel hier wat meer aandacht aan moeten besteden.
Jaren geleden heeft prinses Maxima de omstreden, maar inspirerende opmerking gemaakt dat de Nederlandse identiteit niet bestaat. Heimelijk was ik het wel met haar eens. Maar als we die Nederlandse identiteit toch willen ontwaren, dan behoort de tweeslachtige, emotionele band met het voormalige Nederlands-Indië daar zeker bij. Ik beveel dit boek aan, vooral ook aan Zuid-Nederlanders in een zoektocht noorderlingen beter te begrijpen.
Olf Praamstra & Peter Zonneveld, Omstreden paradijs - Ooggetuigen van Nederlands-Indië, Bert Bakker, Amsterdam, 2010, 310 pp., ISBN 978 90 351 3322 8. Prijs: €18,95.