In de kijker
Nederlands in Australië
In vier van de zeven Australische staten kun je Nederlands als eindexamenvak kiezen. Voor kinderen, zelfs vanaf de peuterleeftijd, zijn er speciale scholen. Zo bestaat in Sydney De Kangoeroe, een school die zich richt op kinderen van Nederlandse en Belgische komaf. In Melbourne kunnen jongeren naar de VSL, de Victoria School of Languages, die cursussen in tientallen verschillende talen biedt. De Vlaamse An Sneyers is er docent Nederlands. ‘Wij geven les op zaterdagochtend van negen tot ongeveer half één. Juist dan zijn er zoveel andere activiteiten voor scholieren, met name sport. Maar het allermoeilijkste is toch de diversiteit aan leerlingen in één klas, in de leeftijd van 6 tot 18, en het ontbreken van geschikt lesmateriaal.’
Waarom kiezen middelbare scholieren voor een ‘raar’ vak als Nederlands? Sneyers: ‘Het geldt als vrij gemakkelijk, zeker als je thuis je ouders Nederlands hebt horen spreken. Veel kinderen kiezen ook voor Nederlands uit interesse voor hun roots en omdat ze zo in contact kunnen blijven met hun Nederlandse familie. Zoals de meeste Australiërs dromen ze ervan om ooit het Europese continent rond te trekken, en dan komt taal- en cultuurkennis goed van pas.’ En de afstand? ‘Long distance learning - afstandsonderwijs - is hier heel normaal. We maken daar bij het vak Nederlands gebruik van, maar het moet nog verder ontwikkeld worden.’
Naast kinderen met Nederlandse wortels zijn er ook volwassen Australiërs die Nederlands willen leren. ‘Ik wil Nederlands spreken met mijn schoonzoon en kleinkinderen’, aldus Annet, een grootmoeder van pas zestig. Ze formuleert weloverwogen. Haar dochter is getrouwd met een Nederlander en woont inmiddels in ‘Holland’. Chris, een vrouw van middelbare leeftijd, heeft een Nederlandse man. Ze gaat geregeld naar ‘Europa’ om de schoonfamilie te bezoeken. ‘Ik herinner de eerste dag in Nederland. In de morgen ga ik tot de bakker brood te kopen. Ik praat Nederlands in de winkel! O, ik ben trots - een goede beurt.’
Uit: Jan Erik Grezel, ‘Dutch down under’. In: Onze Taal, jg. 79 (2010), nr. 1, pp. 16-17.